Herinneringen
aan
Callantsoog
Jane de Wilde
Dochter Renée op een voor Jane bekende plek
Noord-Holland. De tocht langs het Noordhollands Kanaal
duurde het langst, bij iedere bocht dacht je: we zijn er bijna,
en het kanaal had vele bochten extra voor de grote zeilsche
pen die vroeger via dit kanaal van Den Helder naar Amster
dam zeilden, als het op het IJsselmeer stormde. Uiteindelijk
kon je linksaf de landweg op richting eerste duinenrij. Bo
venop het duin zag je in de verte Callantsoog liggen, te her
kennen aan de groene kerktoren. Met de zoute zeelucht op
de lippen en volle kracht het laatste stuk.
Mijn herinneringen aan Callantsoog zijn vermengd met de
indrukken uit films en foto's die mijn vader voor de oorlog
gemaakt heeft.
Mijn oom, Jan de Wilde, was als schilder in Callantsoog te
rechtgekomen en nadat hij Aafje Vos had ontmoet, is hij in
Callantsoog gebleven.
Wij woonden tot het begin van de oorlog in Zaandam waar
ik op 18 september 1936 ben geboren. Mijn vader Piet de
Wilde (broer van Jan) werkte bij de KLM en was in de oorlog
zonder werk. Daarop verhuisden wij naar Rotterdam waar
onze grootouders woonden.
Van een klein buurthuisje in de Zwaardenmakerstraat achter
de koekjesfabriek Verkade, naar een bovenwoning 3-hoog
in Rotterdam Blijdorp. Maar voor die tijd een moderne wo
ning met ligbad en warmwaterboiler.
In de zomervakanties gingen wij tijdens de oorlog naar Cal
lantsoog totdat de Duitsers het dorp in bezit namen. Vakan
tie begon thuis met het pakken van grote kisten met linnen
goed, handdoeken enzovoort, kleding, noem maar op. De
bode haalde de kisten op en zelf gingen wij per trein naar
Haarlem, overstappen naar Alkmaar, Schagen en met de bus
via Schagerbrug naar Callantsoog. Een hele dagreis.
Later ben ik een keer op de fiets naar Callantsoog gegaan.
Eerste stop was Santpoort bij tante Miep (zus van Jan en
Piet) en dan met mijn nicht Mieke samen per fiets richting
Auto en tent van oom Freek en tante Truus, op bezoek bij 'Op de Nol'
Oom Jan en tante Aaf woonden eerst in een klein huisje'Op
de Nol' aan de Zeeweg. Vol huis natuurlijk. Ik was er meest
al de hele zomervakantie alleen, mijn ouders en broer Barry
kwamen later. Bij familie Kruit logeerden wij ook een paar
maal. Tijdens de laatste oorlogsjaren was het boer Bouw
man in Schagerbrug, waar ook oom Jacob Vos, Jan Vos en
andere families ondergebracht waren. De Duitsers hadden
Callantsoog in bezit genomen en iedereen moest weg uit
het dorp.
Op de boerderij was het voor kinderen ideaal, onder andere
toekijken bij koeien melken. De knecht spoot een keer de
melk direct in mijn gezicht. Eén keer was de hof afgesloten,
omdat de stier de koeien moest dekken, voor ons kinderen
een belevenis. Dan op een zondagmorgen in de verte boven
Callantsoog dikke rook. Munitie was in de lucht gevlogen.