Op de pof 24 Gasleiding Het kerke-leveri op de vloer, gemakkelijk vanwege het zand, en de gordij nen allemaal dezelfde maat. De gordijnen werden genaaid door mevrouw Baken uit Sint Maartensvlotbrug. Zij was al in dienst bij Kees van Eek en deed dit werk feilloos. Matrassen en ledikanten waren standaard en Rein wist precies hoe de zes bedden pasten. Na het Sandepark kwam de Garnekuul. Helaas waren deze stenen bungalows niet identiek. Daarna zomerwoningen in Sint Maartenszee. Winterdags was Rein daar mee bezig. Goed dat het voor Pasen klaar moest zijn, want dan startte het seizoen en waren er genoeg andere dingen te doen. Rein vertelt lachend:"lk dacht veel vrije tijd te hebben in Cal- lantsoog, drie maanden hard werken en dan de rest van het jaar vrij. Dat konden we vergeten. We hadden geen kaas ge geten van het toerisme. Eerst kreeg je de verschuiving van de zomervakantie. Later de spreiding, de herfst-, kerst- en voorjaarsvakantie. Na elke twee maanden weer vakantie. We hadden niet verwacht dat het zo'n vlucht zou nemen. De toeristen, die elk jaar terug kwamen, werden bekenden en soms meldden zij zich met één voet op de drempeh'Meneer Bremer, we zijn er weer'." "Dat was een nieuwe ervaring. In die tijd gingen steeds meer mensen verhuren. In het voorjaar matrassen kopen en na het seizoen betalen. Dat waren we in de stad niet gewend. Bij V&D moest je meteen betalen, dus bij Bremer ook. Maar we begrepen het wel, hoor. Echter, je moest het ook kunnen financieren. De leveranciers moesten worden betaald. Ik moet wel zeggen dat de Callantsogers niet slecht van beta len waren. Op oudejaarsdag was het altijd druk in de winkel, iedereen kwam met geld. Niemand wilde met schulden het nieuwe jaar in." "In het begin hadden we moeite met aanpassen. Van een modezaak naar een dorpswinkel en het dorpsleven. Vooral de kinderen hadden tijd nodig. Een bekende omgeving met vrienden laat je niet zomaar los. Ook de school was anders. Combinatieklassen en veel buitenprogramma's." Rein maakte zich wel eens zorgen en sprak daarover met meester Van der Haar. Diens antwoord luidde: "De kinderen hier weten hoe een kalfje geboren wordt en uw dochter weet alles over stoplichten." Het hielp dat de grootouders ook naar Callantsoog waren verhuisd. Opa Bremer hielp Rein en oma paste vaak op. Zij woonden op Dorpsplein 30 aan de voorkant van het huis dat aan de achterkant gebruikt werd als magazijn. Voorheen woonde Adriaan Vader daar met zijn vrouw. Rein en Jannie kochten het toen die naar het pas geopende bejaardenhuis gingen. De kinderen gingen vaak bij ze langs. In die tijd mochten zij niet op de fiets naar school. Zij woonden te dichtbij. Huib was bevriend met Ar jan Molenaar en zij hadden zulke mooie fietsen. Zij fietsten dan tot het huis van de grootouders, plaatsten de fietsen daar en gingen verder lopend naar school. Na de verbouwing van het pand werd in 1972 het gas aan gelegd. De riolering was wel aangelegd, maar nog niet aan gesloten en ook de gaspijpen functioneerden nog niet. Jan nie had al eens geklaagd bij Jaap Boeder, die om de dag vijf liter melk langs bracht."Ik zit hier met vijf kinderen en ik kan ze niet eens in het bad doen. Iedere keer stroomt mijn tuin vol met water." Voordat Rein en Jannie gingen verbouwen vroeg de archi tect waar die buizen lagen. Niemand wist het. Op het ge meentehuis niet en de dienstdoende aannemer niet. Totdat de gebroeders Bakker kwamen vertellen dat de riolering aan de achterkant van het gebouw zat. Zo kregen zij aansluiting op het riool. Een paar maanden erna zouden ze gas krijgen. Voordat men aangesloten werd, perste de NAM de gaslei ding door om te controleren of er geen lekkage was. Het zat niet goed, want aan het einde bij de Abbestederweg kwam op gegeven moment stront uit de gasleiding, ledereen - en vooral de hele middenstand - die daar mee te maken had, was in rep en roer. Iemand was verkeerd aangesloten. De volgende dag werd Rein gebeld door zijn architect, die het in de krant gelezen had, of het bij hen was gebeurd. Geluk kig niet, bij hen zat alles perfect. Jannie: "Mevrouw Broersen-van der Veen was in die tijd voorganger. Zij woonde in de pastorie op de Zeeweg. In haar huis gaf ze catechisatie. Onze kinderen gingen er ook heen. Zij vroeg mij of ik zondagschool wilde doen samen met onderwijzeres Josephine Koot. Dat deden we, om twaalf uur, na de kerkdienst. Het was een grote groep, ook

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2016 | | pagina 6