beginnen, maar nu het zover was kwamen mijn gevoe lens er tegen in opstand. Ik moest betonwerk ontkisten en spijkers trekken totdat mijn verwende handen vol met bla ren en zere plekken zaten. Ik moest me aan de mentaliteit van de ruwe Australische bouwvakarbeiders aanpassen en mijn onwetendheid van de vaktaal onder ogen zien. Mijn gezond verstand probeerde me te overtuigen dat het zo moest zijn, maar ik had er moeite mee om me tegen dat gevoel van frustratie en vernedering te verzetten. Ik was er aan gewend instructies aan het soort mensen te geven die me nu tiranniseerden en kleineerden. De enige vergoeding was dat ik weer geld verdiende. Het loon was redelijk en de werkdagen niet al te lang. Er was zat gelegenheid om over te werken, maar voorlopig wa ren de normale werkuren meer dan genoeg voor mij. Voor ongeveer vier weken werkte ik als betontimmerman; daarna veranderde ik van job. Een aannemer van Neder landse afkomst, die in de buurt van het hostel woonde, kondigde door de hostel-luidspreker aan dat hij een tim merman nodig had voor een dringende job. Toen ik de man opzocht en mijn diensten aanbood, zei hij dat ik de volgende dag meteen kon beginnen. De klus betrof een verbouwing van een kantoor- en win kelruimte in het hartje van de stad. Er moest door de week tot tien uur 's avonds worden overgewerkt en op zaterdag en zondag moest er ook gewerkt worden. Het was plezierig werk en ondanks de lange dagen ging de tijd snel voorbij. Intussen bleef ik wachten op bericht van de Brisbane City Council. Tenslotte belde ik de Senior Architect op, die me meedeelde dat er geen beslissing kon worden genomen totdat ik had bewezen dat mijn kwalificaties aan de ge stelde eisen voldeden. Het feit dat ik mijn onvertaalde Nederlandse diploma's en getuigschriften had laten zien werd als onvoldoende bewijs beschouwd. Het kostte nog heel wat tijd en de nodige moeite om mijn papieren door een erkende instantie te laten vertalen, maar tenslotte kon ik de vereiste documenten overhandigen. Tegen het einde van juli, nadat ik voor twee weken bij die Nederlandse aannemer had gewerkt, kreeg ik einde lijk de lang verwachte brief van de Brisbane City Council met het bericht dat ik op 1 augustus in het 'Department of Planning and Building' als bouwkundig tekenaar kon beginnen. Een eigen huis Onze eerste belangrijke aankoop in Australië was een auto - het was een klein model Datsun stationwagon, maar groot genoeg voor ons hele gezin plus alle kam- peerspullen. De auto bracht ons in de gelegenheid om naar een eigen huis op zoek te gaan. Tevoren hadden we al in de naaste omgeving van het hostel rondgekeken, maar we gaven er de voorkeur aan wat dichter bij de zee te wonen. Ook waren we er met de trein op uit geweest, maar wat een toekomstige woning betreft had dat net zo min iets opgeleverd. Aquarel die ik maakte van ons eerste huis in Lota, 1966 Met oog op ons beperkte kapitaal moesten we iets goed koops zien te vinden. Het leek ons het verstandigste om voor weinig geld een oud en vervallen huis te kopen dat ik zelf op kon knappen. Aangetrokken door de zee bezochten we Wynnum, een suburb aan de Moreton Bay. Op een makelaarskantoor vroegen we inlichtingen over huizen in de omgeving die voor ons betaalbaar waren. En inderdaad, in de nabij ge legen suburb Lota was een huis te koop voor 3000 (in die tijd het equivalent van ongeveer 12000). Hoewel we niet veel konden verwachten voor zo weinig geld besloten we toch een kijkje te gaan nemen. Het bleek een vrij groot stuk grond te zijn (ongeveer 1100 vierkante meter), dat naar achteren zo'n tien meter op liep, met een oud hou ten huis nabij het hoogste punt. Het geheel was in een jammerlijke staat van verval. Het toilet was een gammele plee achter op het erf. Maar het huis was min of meer bewoonbaar en in ieder geval belangrijk beter dan onze hut in het hostel. We gingen de volgende dag terug om alles nog eens goed te bekijken en daarna besloten we het bouwval te kopen. Het feit dat de lagere school en het station vlak in de buurt waren, was een belangrijke factor in die beslissing. Voordat ik met het herstelwerk begon maakte ik wat foto's van onze nieuwe aankoop; ik stuurde vader en moeder er enkele van om hen, zoals beloofd, van ons doen en laten op de hoogte te houden. Deze foto's moeten wel de minst aantrekkelijke beelden van ons bestaan in Australië hebben overgebracht. Later werd mij verteld dat vader in lachen was uitgebarsten toen hij de foto's van ons 'nieuwe' huis bekeek en uitriep: 'Moesten ze daarvoor helemaal

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2015 | | pagina 21