In hun vrije tijd treffen de vakantiewerkers elkaar op het Dorpsplein. "Lou van As had nét dorpskroeg De Taveerne geopend. En al die strandjongens - ook degenen die bij Niek Smit of Rens Roos werkten - zaten daar 's avonds. Vaak tot sluitingstijd. Maar toen ik pas bij Vos was begon nen zat ik doorgaans bij Piet Steigstra in De Visserman. Daar dronk ik ook m'n eerste biertje." In De Visserman kan het er rustig aan toe gaan: "Beetje bijpraten, potje tien-over-rood." Maar ook uitbundig: "Hoe vaak hebben we daar niet polonaise gelopen?" En mu zikaal: "Begin jaren '70 was Manuela van Jacques Herb enorm populair; heeft tijdenlang in de Hitparade gestaan. Op een avond heeft Piet de hele avond lang, achter elkaar door, alleen dié plaat opgezet. Ma-nü-é-la - Ma-nü-é-la. Ik werd er gék van!" Zomer 1973. Martin als badmeester. De strandwerkers treffen elkaar afwisselend in de dorps kroeg en De Visserman. "Later kreeg je een splitsing: jon geren in de dorpskroeg, ouderen in De Visserman." Maar er is één constante. "Inderdaad, na afloop met z'n allen naar De Vijverhut!" Drie weken in ziekenhuis In 1976 komt Martin Annemarie tegen, nu zijn echtgenote. "Dat zit zo," begint de oud-Maarssenaar. "Ik had een vaste vriendenkring, die woonde in Amsterdam, Bussum, Den Bosch, Maarssen en Haarlem. Elk weekend kwam ieder een hier naartoe om te stappen. Op een avond in d'Olde Smidse in Schagen kwam ik Annemarie tegen. Enne, dat klikte dus. Zij bleek een dochter te zijn - één van veertien kinderen! - van groenteboer Louter in Schagen." Kort daarop belandt hij in het ziekenhuis. "Op de dijk bij Grote Keeten raakte onze auto in de berm en ging enkele keren over de kop." Hij wijst op een vaag litteken op zijn voorhoofd. "Ik was gescalpeerd; dit deel was helemaal naar achter geschoten, 'k Heb drie weken in 't Gemini ge legen." 'Kom hier maar naartoe' "In 1977 zat ik in Maarssen zonder werk tot Annemarie mij belde. 'Kom hier maar naartoe,' zei ze, 'er is een baan voor je in Den Helder'. En zo gebeurde het ook. Het jaar erop kochten we dit huis op de Duinroosweg." Annemarie Louter en Martin van Ravenzwaaij trouwen in 1983. Een jaar later wordt dochter Liset geboren, in 1987 zoon Kees. Ondertussen zijn ze drie kleinkinderen rijker. Van Liset. Eén meisje en twee jongens. Liset woont in Schagen en is verslaggever bij de Schager Courant, Kees woont in Callantsoog en is leraar Engels. Als het gesprek ten einde loopt, wil Martin van Raven zwaaij graag nog iets kwijt. "Ik draag het dorp een warm hart toe," zegt hij. "Maar het vergrijst. Zelf bemoei ik me met voetbal, maar als het verenigingsleven doodbloedt, wordt het een dood dorp. Daarom is het zo zonde dat er zo weinig vrijwilligers zijn. Al die activiteiten van vroeger zijn er niet meer. Die werden georganiseerd door mensen die Callantsoog op de kaart hebben gezet." Hij denkt de oorzaak van de dreigende bloedarmoede te weten. "De pensionado's houden niet van verplichtingen. Als ze op zondag willen fietsen, willen ze niet ergens in een kantine moeten staan. Vrijwilligers zijn meestal men sen met een baan die naast hun werk nog wat extra's doen." En daarom kun je hem nog regelmatig kantinediensten zien draaien bij VV Callantsoog. "Maar ik bemoei me niet met de muziek, hoor," zegt hij. "De nieuwe generatie heeft haar eigen smaak." Dan, lachend: "Dus nooit meer Ma nuelei!" Wel eens heimwee naar Maarssen? "Soms mis ik de Vechtstreek," geeft hij toe. "Breukeleveen, Loosdrecht, de trekgaten bij Kortenhoef. Die veenlucht, daar verlang ik wel eens naar. Maar terug? Nee hoor." 1975. De vriendenclub. Vlnr: Bertus Kaan, Anita Kaan, Hans Baar, Arco Blaauboer, Jan de Ruiter, Martin van Ravenzwaaij. 20

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2015 | | pagina 22