w XVi^^p VJ Muja Blokker Al bijna een jaar prijkt op het voorblad van de Clock een oude foto van het voormalig Kaaphuis. Eltjo Hoogenraad bracht mij in contact met één van de huidige eigenaren die kon vertellen over de geschiedenis van dit pand. Een ontmoeting met Onno LamanTrip, neef van Eltjo, volgde. Het huis waar het om gaat staat op de zuidhoek van de Zanddijk en de Callantsogervaart. Het is omstreeks 1912-1913 door de Staat gebouwd als woning voor de lichttorenwachter van de Kaap. In de volksmond werd het het Kaaphuis genoemd. In 1924 werd de lichttoren aangesloten op het elektriciteitsnet en de lichttoren wachter raakte overbodig. Het huis kwam leeg te staan en werd geveild door de Dienst der Domeinen. Na af slag was uiteindelijk de grootvader van Onno, jonkheer W. Laman Trip, de hoogste bieder. Op 16 juli 1925 werd hij voor een koopsom van 4331,25 gulden, inclusief de onkostentoeslag, de nieuwe eigenaar. Vakantiehuis De moeder van Onno was graag aan de Callantsoger vaart. Zij had een gezin met zeven kinderen en vond daar wat rust. Vaak ging ze er heen met de kinderen, maar ook wel zonder. Ze hield van de zee en ging min stens twee keer per dag naar het strand om te zwem men. Ook liep ze veel langs de vloedlijn. Het huis on der duin was voor haar een uitkomst. Onno heeft goede jeugdherinneringen aan die tijd en denkt nog vaak aan het vele bramen plukken dat elke zomer terugkwam. La ter kon er nog een stukje land bij het huis gekocht wor den. Zijn moeder had veel contact met de agrariërs in de /l-yy? Kt. IJRT Grootvader W. Laman Trip woonde en werkte in Wage- ningen en de familie had een aantal pachtboerderijen in de polder Koegras. Door de koop van het Kaaphuis had hij een onderkomen in de buurt als hij af en toe langs zijn pachters moest. De boerderijen kwamen uit de erfenis van Onno's overgrootvader, die getrouwd was met een dochter van jonkheer mr. C. van Foreest. Deze was een schoonzoon van mr. P. Loopuyt. In 1927 werd grootvader W. Laman Trip benoemd tot Hoofdingeland van den pol der het Koegras. Zo kwam hij in het Algemeen Bestuur van het Waterschap en kreeg er een stem in het kapittel. Het Kaaphuis werd verhuurd, maar als de familie uit Wa- geningen er op vakantie kwam, verhuisden de bewoners naar het zijkamertje. Tijdens en na de oorlog werd het huis beschikbaar gesteld aan evacués en konden zij er zelf een tijd lang geen gebruik van maken. Toen de ou ders van Onno in Den Helder kwamen wonen werden die eigenaar van het huis. Zijn vader, jonkheer S. Laman Trip, was daar directeur van Openbare Werken. omgeving. Als het huis leeg stond waren de buren bereid een oogje in het zeil te houden, maar er is toch een paar keer ingebroken. De tuin werd bijgehouden en het gras gemaaid. Moeder kreeg zelfs les om met de zeis om te gaan. Eens stond het gras zo hoog dat buurman Veld man zijn geit aanbood om het te korten. De geit werd met twee jonge geitjes afgeleverd. Moeder geit stond vast aan het zeel, terwijl de kleine geitjes rondhuppelden en de bloemen uit de tuin aten. Brand Het huis diende als tijdelijke woning voor het gezin van Onno toen hij uit Hong Kong - waar hij werkte - werd overgeplaatst naar Nederland. Hun nieuwe huis in Lei den was nog niet klaar, maar hij werkte al wel in Rijswijk en zijn vrouw Eveline en hun drie kinderen verbleven in het Kaaphuis. Twee weken nadat het gezin het ver laten had, werd er een brandbom naar binnen gegooid en stond het huis in lichterlaaie. Door een pyromaan die 68

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2014 | | pagina 8