P arm It HP Mm. Ml Dymph Molenaar Bij de verhalen van Arie Eradus moest ik denken aan de 'duizend bommen en granaten' van ka pitein Haddock, bekend uit 'De avonturen van Kuifje'. Arie is net niet in Groote Keeten geboren, wel getogen. Hij werpt een blik in zijn verleden. Vooral de periode net na de oorlog staat in zijn geheugen gegrift. Vader en moeder "Hoe m'n ouders elkaar ontmoet hebben weet ik eigenlijk niet. Mijn moeder, Neeltje Kapitein, kwam uit een gezin van elf kinderen en woonde in 't Zand. Het oude huisje stond er nog heel lang, tegen een ander bouwvallig pand je aan, op de hoek Keinsmerweg/Pater de Witstraat (op die plek wordt nu iets nieuws gebouwd). Moeder werkte bij een boer als dienstmeisje voor dag en nacht en mocht blij wezen dat ze om de veertien dagen één vrije zondag kreeg om naar huis te gaan. Ze was nog maar twaalf jaar. Mijn vader, Cornelis Eradus, stamde uit Langedijk en had één broer, volgens mij. Ook hij was pas twaalf toen hij be gon met werken. Altijd op het land, in de tuinbouw, vooral kolen telen. Hij moest, vertelde hij eens, zo jong als hij was, een veel te volle koolschuit 'kloeten' (varen, met een lange stok afzetten op de bodem van de sloot). Dat liep niet goed af: de te zwaar beladen schuit haalde de veiling niet, maar zonk. Vader kon gelukkig net op tijd op de kant springen." Verhuizingen "Ik werd in Oudesluis geboren (1937). Nog voor mijn eer ste verjaardag verhuisden we naar Groote Keeten. Broer Henk (1930) is de oudste in ons gezin. Als tweede Jan, daarna Kees, vervolgens ik, dan zus Nel en tot slot zus Dicky. Vader werkte als boerenarbeider bij Arie Schenk op het bedrijf. Moeder hield zich bezig met het huishouden en de kinderschaar. Nou, vooral met de vier jongens had ze haar handen vol. 1959.Vlnr: Arie, Henk, vader Cor, Kees, moeder Neeltje, Dicky, In de oorlog moesten we vanwege de kustverdediging ons huis uit. Twee jaar waren we geëvacueerd en woon den we aan de Langereis. Zodra de oorlog afgelopen was keerden we terug naar Groote Keeten. Arie Schenk wou vader onmiddellijk terug hebben om meteen weer op de boerderij aan de gang te gaan. We trokken eerst in een oud boerderijtje aan de Helmweg (later Meenhorst). Het volgende adres was het huisje tegenover het huis waar later Rens Roos woonde, op een driehoekig stuk grond midden op de kruising Duinweg/Helmweg. Daar hadden mijn ouders een stuk of wat schapen en geiten lopen. Een rottig kruispunt om te nemen voor de chauffeurs van de NACO bussen. Het geitenhok werd door dat krappe gedoe eens aan puin gereden. De geit ging er meteen vandoor. En later verhuisden we naar het huis aan de Achterweg." Op avontuur "Wat op mij erg veel indruk gemaakt heeft, als kind van zeven zijnde, was de tijd vlak na de oorlog. Het was de periode dat we in het huis tegenover Rens Roos zaten. Het opruimen van mijnen was nog maar pas begonnen, het duin lag bezaaid met van die platte pannenkoekmij- nen. Het werd ons ten strengste verboden het duingebied te betreden vanwege het ontploffingsgevaar. Als we naar het strand wilden, gingen we natuurlijk niet via de opgang, maar altijd naast het huis van Roos door de prikkeldraad afzetting en dan dwars door duin. Van het verbod trokken we ons niets aan. We keken wat de oudere jongens voor spannende dingen deden. Dat waren mijn broer Jan (stond vooraan met zulke dingen), Rens Roos, Jaap Hollander, Guus Zeeman (kwam van 't Zand) en nog iemand van de Langereis, zo'n ploegje van 15-, 16-ja- rigen. Zij waren onze grote voorbeelden waar het ging om verboden avonturen. Zoals het binnengaan van betonnen onderaardse gan gen en bunkers, aangelegd door het hele duingebied Jan, Nel. heen. Ze stonden allemaal 64

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2014 | | pagina 4