nHBSrtHtufT
lisin i iinrmil
HOTEL
'Altijd wind, altijd stuifzand op het strand. Twee keer heb
ik het meegemaakt dat er een piepklein hoornschelpje in
mijn oog terecht kwam. De eerste keer kon de huisarts
het verwijderen. De tweede keer moest ik op een zondag
helemaal naar het ziekenhuis in Den Helder om het eruit
te laten halen. Een badgast bracht mij er per auto heen.
Uitkijkpost de Seinpost diende verhard te worden. Moes
ten we veertig balen Portwall cement de trap opsjouwen.
Elke keer drieënvijftig treden met zo'n baal op je nek! En
dan nog het schuin oplopende paadje bovenop naar de
top. Onderaan stond de ouwe brandweerauto die water
via een brandslang omhoog pompte. En dan ter plekke
cement mengen en aanbrengen. Het cement hield niet
lang en verdween langzamerhand. Op een kouwe win
terdag, het sneeuwde, brachten we er een schelpenlaag
aan. Peter van Muijen stond er met een grote kraan waar
een cementemmer met schuifbodem aanhing. Aan de
duinvoet lag een lading schelpen gestort. De emmer werd
door één man vol geschept, naar boven gehesen en ge
leegd in de kruiwagens. Vier man waren bezig met ver
spreiden en egaliseren. Banken hebben we er ook neer
foto familie Janson
gezet. De trap omhoog hadden we al eerder vervangen.
Die was korter geworden dan de oorspronkelijke door de
aanleg van een stuk tegelpad onderaan.
In het voorjaar werd er op de Buurt gras gezaaid. Dan de
grond goed nat gemaakt zodat het gras mooi opkwam
en het veld weer groen werd. Maar in de zomermaanden
parkeerden vele dagjesmensen hun auto's er op, het gras
werd geel, verdween en dan werd het er een zandvlakte.
Op twee rietakkers langs het pad naast het Kooibos gin
gen we dan maaien, laadden een wagen vol en strooiden
die rietstengels tegen het stuiven op de Buurt."
"Voor Koninginnedag waren we ook in de weer. Hekwer
ken zetten op de Buurt voor de kinderspelen en 's mid
dags weer opruimen. Toen koningin Beatrix op bezoek
kwam moesten we alles nalopen en opknappen. Wel
1000 vierkante meter graszoden hebben we gelegd om
veldjes her en der er frisgroen uit te laten zien.
Veel werk hadden we aan het bomen planten op de in
aanleg zijnde camping Tempelhof. Dat ging onder leiding
van iemand uit Wageningen van het Landbouwschap.
Met de schop moesten we gaten graven van 50 cm breed
en 50 cm diep waar de bomen in kwamen te staan, om
het hele terrein heen. Door de taaie graslaag waren we er
met drie of vier man een aardige tijd zoet mee.
Slootkanten maaien met de zeis was een ander terug
kerend handwerk. Net als de voetbalvelden onderhouden.
De vroegere ingang naar de voetbalvelden bevond zich
achter het VVV-bosje. De parkeerplaatsen lagen op de
Garnekuul, waar nu die platte bungalows staan. Twee
velden waren er. Het eerste was voor de Callantsoger
voetbalwedstrijden en het tweede voor recreatie van de
badgasten. Ze konden er vliegeren en een balletje trap
pen en zuks. Kunstmest uitstrooien met de hand en met
een motormaaier de grasmat kortwieken. Wat maakte dat
ding een herrie. En geen oordoppen zoals tegenwoordig."
34