Sigarenwinkel Vos, 1923-2000 Jeugdjaren Decennialang runt Jo Vos een sigarenwinkel aan de Dorpsweg. Veel dorpsbewoners en badgas ten halen er dagelijks hun rokertje of de ochtendkrant. In 2000 - Jo Vos is dan 74 - sluit ze de winkel. Samen met de Clock blikt ze terug. Muja Blokker 1968. Jo Vos in de winkel Als ik op een dinsdagmiddag binnenkom bij mevrouw Vos, jarenlang eigenaresse van de sigarenwinkel aan de Dorpsweg 1, ligt de krant uitgespreid op de hoge tafel. De column van Rob van Vuure valt me meteen op. Als ik er naar vraag vertelt ze dat ze een trouwe lezer is van deze columnist. Hij schrijft namelijk vaak over zijn geboor testreek Wormerveer en daar komt Jo Vos ook vandaan. Zijn verhaaltjes zijn voor haar herkenbaar. Jo is geboren als Johanna Huberta Wortel op 3 maart 1926 in Wormerveer. Zij is de zesde uit een gezin van tien kinderen. Jo vertelt: "Mijn vader was groenteboer, hij heette Wortel, dus ik was er één van een bos wortelen. En in de oorlog was het "worteltje boven" vanwege de kleur. Mijn moeder hielp mee in de winkel, ondanks haar drukke gezin. Tien kinderen in veertien jaar tijd, dus werk genoeg. Mijn moeder kwam ook uit Wormerveer, zij was een schipperskind. Haar broers en zusjes zijn geboren net daar waar het schip lag. Mijn moeder kwam uit een gezin van zeven kinderen." Jo heeft de lagere school in haar geboorteplaats doorlo pen. Nog een half jaar extra, wantje mocht pas van school af als je dertien was. "Mijn moeder was streng christelijk, maar mijn vader wilde ons op een niet-christelijke school hebben. Echter, door enkele verhuizingen was dat niet vol te houden. De afstand van huis naar school werd groter en de jong ste kinderen moesten steeds verder lopen. Bovendien hadden niet alle scholen een zevende klas. Ikzelf heb al leen het laatste jaar op een christelijke school gezeten. Ik weet nog dat mijn meester halverwege dat schooljaar voor de mobilisatie op moest. Toen werden er twee klas sen bij elkaar gezet." Jo was bijna veertien, toen ze in betrekking ging. Ze ver volgt: "Ik was het derde zusje dat bij dezelfde mevrouw in dienst kwam. Mijn oudere zusjes gingen dan voor 'dag en nacht' naar een ander gezin en ik nam hun taak over. Mijn loon was twee gulden in de week. Ik ging voor vier ochtenden en twee hele dagen op de fiets naar De Koog. Maar toen er in de oorlog geen banden meer waren, liep ik zes kilome ter heen en zes kilometer terug. Tijdens de oorlog werd de groentezaak van mijn vader opgeheven. Toen hij geen winkel meer had, liep hij met een koffer vol lappen stof en ander textiel bij de mensen langs de deuren." 45

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2013 | | pagina 5