Tumult om een schoolmeester
Uiteenlopende meningen
Jan T. Bremer
In de vorige Clock hebben we u mee laten beleven hoe een volksoploop volledig uit de hand
liep. Hieronder leest u hoe het voor de hoofdrolspelers afliep.
Het Hof trok zich in beraadslaging terug. De meningen
van de negen raadsleden over de strafmaat liepen sterk
uiteen. Zij waren het erover eens, dat Arie Tuynsaet niet
de veroorzaker van het tumult was geweest, maar wel
van de directe aanleiding. Vier raadsleden waren voor
acht jaar verbanning, één voor tien jaar, één voor twaalf
jaar en twee voor levenslang. Opvallend was het milde en
goed gemotiveerde oordeel van de Alkmaarder mr. Aris
van der Mieden. Hij zag als stuwende kracht achter Arie
Tuynsaet de predikant Coppens, hoewel die met het op
stellen van het rekest niet crimineel strafbaar was. In de
24-jarige zwager van Kees Zeeuw zag hij een jongeman
van onbesproken gedrag, die zich had laten opwarmen.
Hij meende te kunnen volstaan met hem te veroordelen
om in de vierschaar van Den Helder/Huisduinen het ge
recht zijn leedwezen te betuigen voor zijn oneerbiedige
taal, in bijzijn van bode Giltjes geuit, en in een boete van
100 gulden met de proceskosten. President De Maurig-
nault wees op de commotie tegen de regenten in 1749,
waarop Zijne Hoogheid op 2 augustus met een bekend
making had gereageerd. Het plakkaat van de Staten van
1 oktober 1749 tegen verstoring van de publieke rust was
overtreden. De overtreding van beide verordeningen was
tegen de regenten en daarmee tegen de soeverein ge
richt.
Tenslotte was de conclusie van het Hof met betrekking
tot Tuynsaet: acht jaar verbanning uit Holland, Zeeland,
Friesland en Utrecht. Ook over Cornells Jongkees liepen
de meningen uiteen. Eén raadslid was voor geseling,
brandmerking en eeuwig bannissement, drie waren voor
eeuwige, één voor twintigjarige, drie voor vijftienjarige
verbanning. Ook hier week het oordeel van Aris van der
Mieden sterk af: twee jaar verbanning uit de jurisdictie
van Den Helder/Huisduinen. De president sloot zich aan
bij de drie raadsleden die levenslange verbanning op zijn
plaats vonden. Conclusie met algemene stemmen: 15
jaar verbanning.
De beoordeling van Cornells Vroom gaf eenzelfde me
ningsverschil te zien: één vier jaar, één driejaar, één twee
jaar, één een jaar verbanning uit Den Helder/Huisduinen;
twee raadsleden wensten, gezien drie getuigenverklarin
gen tegen hem, terugverwijzing naar een gewoon proces,
één vond ontslag onder handtasting voldoende en Aris
van der Mieden achtte 75 gulden boete op zijn plaats. De
president was voor drie jaar verbanning. Eindconclusie:
twee jaar verbanning uit Den Helder/Huisduinen.
Wat Cornells Pronk betrof, liepen de meningen uiteen van
acht jaar verbanning tot voorwaardelijke invrijheidstelling
en 75 gulden boete. De uitspraak van het vonnis viel op
24 april 1750: Arien Willemsz. Tuynsaet, chirurgijn, 24 jaar
oud, acht jaar verbanning uit Holland, Zeeland, Friesland
en Utrecht; Cornells Cornelisz. Jongkees, visser, loods
en Groenlandvaarder, 42 jaar, idem vijftien jaar; Cornells
Jansz. Vroom, 30 jaar oud, twee jaar verbanning uit Den
Helder/Huisduinen en Cornelisz. Simonsz. Pronk, voer
man, 39 jaar oud, "ontslag onder handtasting', voorwaar
delijke invrijheidstelling.
Tegenover het bijna sadistische oordeel van een wre
kende godheid als van raadslid Samuel Gilles (geselen,
brandmerken, eeuwige verbanning) getuigde het oordeel
van Aris van der Mieden van een zeldzaam inzicht in
menselijk gedrag en humaniteit.
De afbeelding op de binnenkaft van het 'Haneboek' met de
tekst 'Ziet kinderen, wat een wakkere haan. Als hij de klok eens
hoort, zal hij aan 't kraaien gaan'.