Herinneringen
aan mijn geboortedorp
Hans Raap
De Callantsoger middenstand in 1952. Het dorp uit mijn kinderjaren was klein en overzich
telijk: er waren maar een paar straten: Dorpsstraat en Dorpsweg rond het Dorpsplein: de
Buurt en dan nog de Zeeweg en de Op 't Landtweg met overwegend zomerwoningen en
slechts enkele vrijstaande huizen die na de Tweede Wereldoorlog werden gebouwd.
Op veel plaatsen keek je tussen de vrijstaande woningen
door het wijde polderland in. Het dorp was bijna boom
loos! De huizen waren laag, gelijkvloers en dan een zol
derverdieping onder 't schuine dak.
De enige uitzondering hierop vormden Pension Sein
post en Hotel de Vries: op de tweede verdieping waren
ruime slaapkamers voor de groeiende toeristenstroom
gebouwd.
Bijna alle winkeliers uit het dorp bezorgden bij de klanten
aan huis, ook als de klanten ver buiten het dorp woon
den. Dit was een service die je je nu bijna niet meer kunt
voorstellen.
Onze groenteboer was Cor Broens uit Schagerbrug. Hij
kwam met een platte wagen met een paard ervoor aard
appelen en groenten venten samen met z'n zoon Jan die
meereed op de fiets.
De eerste groentewinkel in het dorp was van Langeveld.
Deze was gevestigd in een oude boerderij aan de Dorps
straat naast de familie Koelemeij.Toen deze boerderij we
gens bouwvalligheid moest worden gesloopt verplaatste
de familie Langeveld het bedrijf naar de voormalige ga
rage van het verbrande Hotel Ben de Vries.
Worst en vlees haalde je bij Slager Wit op 't hoekje van
de Dorpsstraat en de Zeeweg of bij de slagerij van Jb.
Ambuul aan de Abbestederweg. Dat was ongeveer op de
plek waar nu het grote hotel aan de Abbestederweg staat.
En dan naar de bakker! Brood- en banketbakkerij Toon
Brantenaar, naast het Gemeentehuis. De winkeldeur
schuin op de hoek met een klingelende winkelbel. In de
kleine sfeervolle winkel troonde Ma Brantenaar achter de
toonbank en kon je je vergapen aan al het heerlijks dat
daar in blikken en trommels te koop werd aangeboden.
Het grote, twee verdiepingen hoge winkelpand van Kees van Eek.
32