Tumult om een schoolmeester
School
Een uit de hand gelopen volksoploop, 1749-1750
Miit kt mrrfcC'ir
mc(
Niet
Ier.
6 4-
Door Lettakonst. too hoos.
If ons veel nut crt hci/l
Derf ons tic Ivct/ ten he
Maar,om het Schuim van't uouc
Lr t rnisbririck dccser kunst te tmjde
Op dat de tyjfhetd ons bekroond.
Verhitte gemoederen en volksoploop
Jan T. Bremer
Begin november 1749 stierf op 61-jarige leeftijd de vrijgezel schoolmeester-koster-voorzanger
en catechisatieleraar Dirk Willemsz. Zeeuw te Den Helder. In zijn laatste levensjaren had zijn
neef Cornells (Kees), zoon van broer Cornells, hem in zijn werkzaamheden geholpen.
De 25-jarige Kees had een goede stem om als voorzan
ger in de gereformeerde kerk de psalmen in te zetten. Hij
was bij jeugd en ouders geliefd. Op 13 juli 1749 trouwde
hij met Martje Willemsdr. Tuynsaet, ervan uitgaande dat
hij na het overlijden van zijn oom diens functie zou kun
nen overnemen.
Maar het schepencollege, waarin de oud-koopvaardijka
pitein Kersje Visser domineerde, wilde een schoolmees
ter, die in de winter thuisgevaren jongelui les kon geven in
zeevaartkunde. En dat kon Kees Zeeuw niet.
Wel gaf Klaas Klein op Huisduinen navigatiecursussen,
maar schepen Kersje Visser, de oud-koopvaardijkapitein
vond dat die te veel hooi op zijn vork nam. Bovendien
moest ook in Den Helder gelegenheid zijn zulke cursus
sen te volgen. De dominees van Huisduinen en Den Hel
der en een groot deel van de bevolking waren tevreden
met Kees Zeeuw en wilden hem als schoolmeester be
houden. En daarmee was een conflict geboren tussen
regenten en ouders met hun aanhang. Half januari 1750
lag 's zaterdags in de barbierswinkel van chirurgijn Arie
Willemsz. Tuynsaet de tekst van een rekest aan de re
genten, opgesteld door dominee Lucas Coppens en ge
schreven door Aries broer Reinier. De broers waren zwa
gers van Kees Zeeuw. De Helderse predikant Coppens
en zijn collega van Huisduinen Cornells Timmers zetten
als eersten hun handtekening, gevolgd door 117 inwoners
waarvan twee niet met name genoemd, omdat ze met
een kruis tekenden. De ondertekenaars vertegenwoor
digden alle gezindten: twee gereformeerde dominees, 64
gereformeerden, 6 doopsgezinden, 35 oud-katholieken, 7
rooms-katholieken en 3 onbekend.
Uit het rekest blijkt dat men de kinderen wilde laten on
derrichten in lezen, schrijven en cijferen dooreen school
meester, die kon besturen met "een billijke en vriendelijke
tugt, tot allerley goede en prijselijke zeeden strekkende"
en die bovendien de "gave van leezen en zingen" had,
deugden waarin een gereformeerd voorzanger moest
uitblinken. Cornells Zeeuw was zo'n man en enige re
genten hadden min of meer hun toezegging gedaan aan
zijn benoeming te zullen meewerken. Maar toen het ernst
werd had het college van schepenen op aandringen van
Kersje Visser aan meester Kees een aantal berekeningen
voorgelegd, die hij niet tot tevredenheid kon oplossen. De
vroedschap achtte zijn kennis te beperkt om navigatieles-
sen te geven en benoemde op 4 februari 1750 Dirk Groot,
een man van buiten. En daarmee raakten de poppen aan
het dansen.
tot iemtn
•fh ss.
„I
w
I
De volgende morgen zonden de regenten bode Dirk Gil-
tjes naar Kees Zeeuw om de sleutels van kerk en school
te halen. Kees Zeeuw liet hem binnen. Daar trof hij Arie
Tuynsaet. Kees zei: "Ik zal je de sleutel van de kerk geven,
maar niet van de school, want daar ligt nog goed van mij
in." Arie Tuynsaet: "Kees, geef voor den donder geen sleu
tels van de school, voor en aleer we uitgemaakt hebben
wie hier meester zal zijn."
Na gepraat over en weer gingen ze gedrieën naar de
school. Onderweg kregen ze toeloop van sympathisanten
en nieuwsgierigen. Eenmaal in school groeide de oploop
buiten snel aan. Arie Tuynsaet liep naar de deur: "We zul
len zien wat het volk zegt," en op het schoolpad luidkeels:
"Wie voor Kees Zeeuw getekend heeft, kan in de school