BOERDERIJ, v Het einde van een boerderij Openbare Verkooping Dinsdagen 27 Febr. en 6 Maart 1923, HET ZAND, te CALLANTSOOG, a. HÜ1SM ANS W ON1NO, b. J-IÜIS met Boet, \raarin veëstalling, cf BURGERWQONHUIS^ERF Het ontwerp De N.H.L.M. bezat in de kop van Noord-Holland boerde rijen die aan boeren werden verpacht. Ook werden boer derijen aangekocht, zoals de boerderij Zwaardijk. In 1923 werd de (eerste) boerderij Zwaardijk aan de Oos- terweg in Callantsoog verkocht. De koper was de N.H.L.M. De pachter die er met zijn vrouw ging wonen, was de va der van de toen twee jaar oude Casper Swaerts. De boer derij was echter al oud en in slechte staat en er werd be sloten tot sloop, die eind 1925, begin '26 werd uitgevoerd. Er moest een nieuwe boerderij gebouwd worden en het is vrijwel zeker dat mijnheer Hofstee, via het contact met mijn opa bij mijn vader, de architect, is terechtgekomen voor het ontwerp van een nieuwe boerderij. En niet alleen voor deze boerderij, ook een plan voor het rentmeesters huis dat daar vlakbij gebouwd moest worden. In de twintiger jaren woonde mijn vader bij zijn ouders in een huis aan de Oude Gracht in Alkmaar, waar hij de twee bouwplan nen heeft getekend in het voorjaar van 1926. De bouw is spoedig daarna begonnen. Dat is af te leiden van de datum, 23 juli 1926, op een paar de tailtekeningen die ter plaatse werden overhandigd. Het rentmeesters huis werd iets later aangepakt: op de eerste steen in de gevel is nog steeds OP r N beide dagen des voormiddags 10 uur, in „De Jonge Prins", AAN in de ZIJPE, xÖe van ouds bekende genaamd „ZWAARDIJK", aan en bij den Noorder Schinkel- dijk eri den 'Oösterweg, nabij 'tZAND, met'bijgebouwen en omliggende Landerijen. met omliggende 1 anderijen. f' en omliggenciè twee pejseclen land. Të zamen groot bijna 28 Hectaren. Te aanvaarden dadelijk en lï.Mei 1923. Nagelaten door ben heer P.ZIPP. Notaris VRIJBURG. te lezen, dat deze op 8 september 1926 werd gelegd door de dochter Gerrie Visser. Het ontwerp van de nieuwe boerderij week af van de Noord-Hollandse traditie: de koeien werden niet, zoals gebruikelijk, in carré-vorm opgesteld, maar in rijen naast elkaar, volgens Zuid-Hollandse traditie. De stal kreeg daardoor een gerekte vorm en niet de be kende stolp-vorm die overal in Noord-Holland te zien is. De 'stadse architect' zoals mijn vader volgens Casper Swaerts werd genoemd, was dus kennelijk niet beïnvloed door plaatselijke gewoonten; voor de duidelijkheid had hij op zijn tekeningen wel vermeld dat het om een Zuid- Hollandse boerderij ging. De 'boerderij met het torentje' is een markant gebouw doordat de drie functies, entree woonhuis en stal, zo mooi te onderscheiden zijn. Vooral het torentje als centraal ele ment is typerend. Ook de ruim overstekende daken zijn mooi en karakteristiek. Ik vroeg mij af, hoe vader aan het idee voor dit ontwerp kwam, want daarvóór had hij nog vrijwel niets gebouwd en daarna wel veel, maar niets wat een vervolg zou kun nen zijn van deze eerste echte schepping. Waarschijnlijk is het zo gegaan: de opdrachtgever - de N.H.L.M., en met name mijnheer Hofstee - heeft een belangrijke rol gespeeld bij het tot stand komen van het ontwerp. Die zou elf jaar later, in 1937, vader ook sterk be- invloeden bij de bouw van zijn woning aan de Kennemer- straatweg 73 in Alkmaar; het huis met de merkwaardige natuurstenen entree. En daarnaast is er de invloed van overzee: in de jaren '20 van de vorige eeuw was er vooral in ons land een grote belangstelling vóór en dus invloed van de Amerikaanse

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2012 | | pagina 7