Zeevis in zoetwatervijver
Doorstart
13
vis, de kleinste vis. Uiteindelijk was er voor alle deelne
mers een prijs; iedereen ging blij naar huis.'
De naam van de winnaar werd voor eeuwig verbonden
aan een toen nog naamloze wisseltrofee. Later werd het
de Jan Doorn Trofee genoemd, als erkenning voor wat de
initiator allemaal voor het evenement had betekend.
Naarmate de jaarlijkse viswedstrijd meer bekendheid
kreeg, steeg ook het vissenbestand in de vijver. Dat ging
niet vanzelf, weet Louis. 'Steeds meer sportvissers zetten
de vissen die ze ergens anders gevangen hadden uit in
de vijver. Zo is er geleidelijk een grote verscheidenheid
ontstaan. Er zit nu karper, brasem, grondel, zeelt en ook
veel witvis, zoals riet- en ruisvoorn. Maar ook roofvis:
baars en zelfs snoek!' Uitheemse soorten - zoals de po
pulaire koi - is hij nog niet tegengekomen. De vijver staat
in verbinding met open water. Om te voorkomen dat de
vissen ervandoor gaan, is voor de 'uitgang' een net ge
plaatst. Louis, die graag mag netvissen op zee, heeft en
kele jaren terug voor de aardigheid wat platvis in de vijver
uitgezet, botten in dit geval. 'Die redden zich prima in zoet
water - je komt ze soms tegen in het Noordhollands Ka
naal - en ik wilde die verbaasde gezichten wel eens zien
als er één uit de vijver werd gehengeld, maar dat is nog
steeds niet gebeurd.'
Wat is er leuk aan pleziervissen of sportvissen? Louis
Doorn lijkt even verrast door de vraag. Dan: 'Enerzijds is
het de rust; je kunt heerlijk ontspannen aan de waterkant,
weg van de drukte van alledag. Anderzijds is het de span
ning; krijg ik die snoek aan de haak, of lukt het die karper
aan de kant te krijgen? Want reken maar dat sommige
vissen zich flink verzetten!' Hij beklemtoont dat de meeste
hengelaars de gevangen vis weer terugzetten, zo ook op
de wedstrijddag.
Niet alle deelnemers zijn even vaardig met de vishengel.
Louis herinnert zich een voorval met Teun Oskam, boer
tegenover het Zwanenwater. 'Teun viste nóóit, had mis
schien voor het eerst van z'n leven een hengel in handen.
Toch kreeg ie een grote brasem aan de haak. In plaats
van 'm voorzichtig binnen te halen, gaf ie 'm een enorme
ruk. Het beest vloog met een gigantische zwaai door de
lucht!'
'Teun was een heel markante man,' lacht Gerie. 'Hij hield
aitijd zijn pet op en zijn jas aan. Zelfs bij de warme maal
tijd!'
In 1998 vierden de hengelaars nog hun zilveren jubileum,
maar in 2006 kwam de klad erin. Willem van de Berg was
overleden, de VVV had intussen een nieuwe directeur ge
kregen en die staakte de sponsoring. Siem Schaap en
Jan Doorn legden het bijltje er bij neer.
Louis Doorn: 'Zonde was dat. En ook sneu voor de deel
nemers die soms al jaren meededen en er steeds weer
naar uitkeken.' Samen met Ruud Hoek besloot hij de tra
ditie voort te zetten.
'Ruud is de grote animator,' zegt Louis bescheiden. 'Hij
weet steeds weer sponsors te vinden en regelt van alles
en nog wat. En ook zijn vrouw Jenny werkt mee, zij ver
stuurt elk jaar de uitnodigingen.'
Het duo wist zich bij de doorstart gesteund door plaatsge
noot Jeroen Tiebie, die vier jaar als sponsor optrad. Louis:
'We hadden natuurlijk de jaarlijkse vaste kosten, maar er
moest ook een nieuwe wisseltrofee komen, want Dik Ja
ger had de vorige driemaal achtereen gewonnen en dan
mag je 'm houden. Overigens heeft Dik de trofee intussen
alwéér drie keer achter elkaar gewonnen. Ditmaal heeft
hij 'm teruggegeven: hij had er aan één genoeg.'
In 2006 moest de organisatie uitwijken naar een andere
locatie. 'Er heerste toen botulisme in de Dennewegvijver,
maar de vaart achter de Frankendaelschool was een pri
ma alternatief.' Vergrijzing blijkt een serieuzer probleem.
'Inderdaad, de belangstelling loopt wat terug, deels door
natuurlijk verloop. Daarom hebben we de leeftijdgrens
verlaagd naar 55 plus.'
Over sponsoren heeft de organisatie tegenwoordig niet
te klagen. 'Jaap van Vuure sponsort namens Albert Heijn,
aannemer Ruud Vlieger doet mee, maar ook de dames
Ten Boekei van De Hazenkamer. En het Dorpshuis niet
te vergeten, waar we tegenwoordig de prijsuitreiking heb
ben.' Eigenlijk, wil Louis Doorn maar zeggen, steunt de
hele middenstand het visfestijn. 'Weet je, of het nou gaat
om een stukje worst van de slager, of een kadetje van de
bakker, je kunt bij iedereen aankloppen. Callantsoog op
z'n best!'