AiïtrkaJuLe UroMAzaJcen. Zo'n beetje tussen 1958 en 1989. Herinneringen aan gebeurtenissen in mijn jonge jaren waarbij ik heel veel voetsporen in het zand heb achtergelaten, zowel in Groote Keeten als in Callantsoog. Eerst spelenderwijs, later er werkzaam zijnde. Het aangespoelde reddingsvlot in handen van Tiny Roos, Annie Beun en de neven Maarten Hollander en Maarten Bakker Kinderplezier Bijna alle kinderen uit Groote Keeten, geva rieerd in leeftijd, waren vrijwel iedere avond met elkaar in zee. Voor ons echt een stuk ver tier. De lol werd verhoogd door het aanspoelen van een reddingsvlot ergens in 1959. Met een stevig stuk touw vastgebonden aan een strand- paal tegen het wegdrijven, was het veilig er op te klimmen en er af te duiken. Sommige kin deren konden amper zwemmen, zoals ikzelf. Op een avond met een rustig zeetje kreeg ik de eerste zwemles van mijn oudste zus An nie. Wel altijd op blijven letten voor gevaar lijke stroming. Gelukkig is er nooit iemand verdronken. Mijn wollen zwembroekje kwam regelmatig vol te zitten met zand en schelpen gruis. Werd de broek te zwaar, dan even uit spoelen in de golven. In de houten badhokjes van de familie Roos konden we ons omkleden. Na al deze badpartijen voelde iedereen zich op en top fit! Puk, Annie, de verkleedhok) es -1960 Annie in serveertenue met links: Tiny Roos, achter: moeder van Tiny, rechts: Duitse badgast. 1960 Onder de strandtent was een opslag van jut- hout gemaakt. Daar stonden de kratten met bier (Heineken), fris (Joy, Coca Cola) veel koek en ander snoepgoed. Zus Annie werkte bij Roos als serveerster en deed vele andere werkzaam heden. Ze bemoeide zich bijvoorbeeld ook met de verhuur van de strandhuisjes. Onder ling werd er veel gelachen. Duitse badgasten wisten toen al de weg naar het strand te vin den. Tijdens extra drukte kwam mijn vader Jo, kelner zijnde, inspringen en nam de leiding. Dan liep de bediening als een trein. Zomer- en lentestormen, ik denk aan die zware van 2 april 1972. De strandtent half af, nog zonder dakplaten. Het stut ten mocht niet baten. Snack- en strand tent werden met donderend geraas de duinen in geblazen. De opgelopen schade was enorm. Met hulp van vele vrijwilli gers stond het geheel na enige tijd weer overeind en was het gezellig als vanouds. Pleeboy Ik werkte al op jonge leeftijd als pleeboy bij de strandtent van Roos. Ik kreeg 5 cent per wc-ganger. De hond Puk, van de familie Roos, bleef bij me in de buurt, overal snuf felend naar van alles en nog wat. Een rat was hij zo op het spoor. Die beesten zaten in het duin op een laag gelegen waterrijke plek, waar in vroeger tijden een kerkhof was geweest.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2010 | | pagina 11