Meester m J.T. Bremer chirurgijn en kroniekschrijver te Oudesluis "Over de persoon van Mr. Dirck Burger van Schoorl en over zijn leven werden ons slechts weinig feiten overgeleverd." Aldus dr. J. Belonje in zijn artikel getiteld 'Een kroniekschrijver over begra fenisrituelen' in 'Volksleven' (1959). Deze auteur had uit een akte, verleden ten overstaan van de Alkmaarse notaris Jan A. de Wit van 16 december 1679, opgemaakt dat Dirck Burger van Schoorl een zoon was van Jan Cornelisz. Burrits, wonende te Schoorl in de herberg De Jonge Prins. Dirck zelf woonde toen aen de Groote Sluys uit Ouwe Zijp. Nu bekend als Oudesluis. (Nieuwesluis ligt in de Nieuwe Zijp oftewel de polder Wieringerwaard). In een andere notariële akte, verleden voor no taris Pieter van der Beeck te Schagen op 16 juli 1696, wordt meester Dirck aangeduid als chi rurgijn, wonende te Oudesluis, oud zijnde 46 jaren. Hij werd dus in 1649 of 1650 te Schoorl geboren. Zijn sterfjaar is, blijkens de nog al tijd op het kerkhof van Callantsoog aanwezige 'doodpaal', 1717. Op deze smalle grafzerk staat vermeld: Mr. Dirk Burger van Schoorl. Genoemde akte uit 1696 ondertekende hij met Dirck Burger. In zijn kronieken worden soms ook andere spellingswijzen gebruikt: Burgher en Schoorel. Scheepschirurgijn De uit Egmond aan Zee afkomstige chirurgijn en maritiem auteur Nicolaas de Graaff (1617- 1701, niet zeker) noemt in zijn boek 'De Reisen van Nicolaas de Graaff (J.C.M. Warninclc 1930) als één van zijn onderchirurgijns, naast zijn zoon Joannes en Hermanus Vredenburg uit Alkmaar, Dirck Burger van Schoorl. Dat was tijdens zijn twaalfde reis in 1666 aan boord van het schip 'De Hollandse Tuin' onder be vel van kapitein Jan Krook uit Alkmaar. Aan boord 256 man en 56 stukken geschut. De oor logsvloot waarvan dit schip deel uit maakte, voer begin juni uit van de rede van Texel en raakte slaags met de Engelsen tijdens de Vier daagse Zeeslag (11-14 juni) en de Tweedaagse Zeeslag (4-5 augustus). Voor herstel van de opgelopen schade lagen de Nederlandse schepen na de gevechten op zee steeds enige weken voorgaats bij Vlissingen. 'De Hollandse Tuin' beëindigde de reis op 5 november 1666. Of Dirck vervolgens het varen eraan gegeven is me niet bekend. De Graaff was vooral bekend om zijn beschrij vingen van Oost-Indië. Hij maakte in deze ja ren nog enkele korte reizen naar de Noordzee en de Middellandse Zee met De Ruyter. In 1668 trad hij weer in dienst bij de Verenigde Oost- De doodpaal van Dirck te Callantsoog. Indische Compagnie. Of Dirck toen met hem meegegaan is naar Indië is nergens terug te vinden. De Graaff bleef twee en een halfjaar weg. Dirck woonde in 1674 in Oudesluis. Waar schijnlijk was hij toen nog ongehuwd, want hij woonde samen met Jan Jansz. Swart va rens gesel. (J.T. Bremer: 'Oudesluis in de Zijpe, 1674'. 1983) Op 5 oktober 1681 vermeldt het Gereformeerd (Hervormd) Doopboek van Ou desluis de doop van een meysje genaamt Aaghtie van Mr. Dirck Burger en Maritie Rijnenburg. Vervolgens op 1 februari 1683 werd van het zelfde echtpaar een soon gedoopt en genaamt -18.- ■rtrSfS MMMÜ

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2010 | | pagina 20