..A Brand maar dat roestte, want dat gebruikte je niet. Als je eens weg ging, dan letten de buren wel op je huis. Toen was het nog niet zo druk met badgasten. Hotels waren er nog niet. Verderop om de bocht, richting Zwanenwater, stond een groot houten gebouw van Jaap de Waal. Het was geen hotel maar een café, dat later overgenomen is door Aris Vriesman. Aan de Dorpsweg had je pension Seinpost, dat in han den was van Hendrik Hoitink en Grietje Kater. Er werden wel eens uitjes georganiseerd voor de bejaarden van Callantsoog. De weinige auto's die er toen waren, werden beschikbaar gesteld en na het einde van hun tocht stond in de muziektent op het Dorpsplein de Fan fare te spelen. Als afsluiting werd er dan kof fie gedronken in ons hotel of bij Aris Vriesman. Dat wisselde elke keer." "Toen brak er brand uit in de nacht van 23 op 24 oktober 1952. Voor ons hotel stond een elelctriciteitspaal, waar van de draden waren L.VaVRi verbonden met onder andere de sirene op het gemeentehuis. Maar door kortsluiting sloeg alles door en de sirene deed het dus niet. Mijn vader ontdekte de brand en maakte ons wakker. Hij ging als laatste door de vlammen naar bui ten. Daar stond je dan in je pyjama. Je kon niets meenemen. Het ging zo razendsnel. De mensen, die wakker werden, renden naar de woningen van de diverse brandweerlieden: naar Jan de Wilde, Arie Thomas, Jac. Wittebol, Jacob Vos en Jan Vos om ze te waarschuwen. (Want er was immers geen alarm geweest.) Toen de brandweer arriveerde, bleek er geen redden meer aan. Gelukkig hadden zij het huisje van Jan Mooij kunnen sparen. De rieten kap van de stolp hadden ze nat gehouden en er een zeil over getrokken tegen de vonken. Ook dat kwam goed af. Maar van het hotel bleef niets anders over dan één grote ravage. We hadden geen huis meer, geen dale boven ons hoofd. De eerste nacht sliepen we in het huis van de burgemeester. Daarna woonden we een tijd in de Arend. Dit was een zomerhuis achter het gemeentehuis." Spijtoptanten "Ook deze mensen hadden wij toentertijd, in de vijftiger jaren, te logeren. Het was in die peri ode, dat de Nederlanders Indo nesië moesten verlaten. Ook Ne derlanders die waren getrouwd met Indonesische vrouwen en omgekeerd kwamen terug. Alle hotels waren verplicht om zoveel procent van hun slaapplaatsen voor ze af te staan, ook in Cal lantsoog."

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2009 | | pagina 11