l/ormüui St tmtitriJdceUiujjwidertctcA. 1650
Diederik Aten
We zijn in het bezit gekomen van de 'Inventaris van het archief van de polder
Callantsoog', geschreven door Diederik Aten. We zijn erg blij dat we toestemming
hebben gekregen gedeelten van dit werk op te mogen nemen in de Clock.
De geschiedenis van het oude waddeneiland Callantsoog is door dr. Henk Schoorl diepgaand onder
zocht. Voor ons van belang is de constatering dat de huidige contouren van de Polder Callantsoog
zijn terug te voeren op de bedijking van de Zijpe in de jaren vijftig van de 16e eeuw. Er werden toen
oost-west lopende verbindingsdijken - de Zuid- en Noordschinkeldijk - tussen Callantsoog en de
Zijperdijk aangelegd om te voorkomen dat het zeewater tussen het oude waddeneiland van 't Oge
en de nieuwe polder door kon lopen.
Tussen de Noordschinkeldijk, de Zuidschin-
lceldijk, de oude Jeweldijlc langs de oostkant
van het eiland Callantsoog en de Zijperdijk
ontstond een nieuw poldertje, dat eerst be
kend stond als de Buitenjewel en later als de
Uitlandsche Polder. De twee schinkeldijken
werden herhaaldelijk door stormen vernield,
waarbij tevens verwaarlozing van het onder
houd een rol speelde. Tijdens de Allerhei
ligenvloed van 1 november 1570 leden alle
genoemde dijken zware schade. Bovendien
brak de Noordzee door de zwakke duinen
van Callantsoog waarbij een nieuw zeegat,
het Oogmergat ontstond. Dit vertakte zich in
twee geulen dwars over het eiland heen. De
zuidwestelijke geul liep door de gebroken Je
weldijlc waarin het zeewater een groot wiel
uitspoelde. (Deze doorbraak met het wiel is in
de vorm van het huidige Kooibos nog in het
landschap zichtbaar.) Het eiland was na deze
ramp in feite onbewoonbaar geworden.
Door de snel groeiende politieke onrust en het
wegvallen van het gezag van de landsheer, Fi-
lips II, kwam van het herstellen van de dijken
niets terecht. Pas in samenhang met de vierde
en definitieve bedijking van de Zijpe in 1597
werd er actie ondernomen. De Staten van Hol
land verplichtten de bedijkers in het door hen
afgegeven octrooi tot het herstel van de Zuid-
schinlceldijk. Aangaande de Noordschinkeldijk
hield men vast aan een in 1552 met Reinoud
van Brederode, heer van Callantsoog, gesloten
overeenkomst. Die bepaalde dat de dijk voor
rekening van zijn heerlijkheid kwam.
De Zuidschinlceldijk werd inderdaad hersteld,
de Noorderschinkel niet. Pas in 1610 werd actie
ondernomen om Callantsoog te herbedijlcen.
Dat jaar maakte de landsregering een begin
met de sluiting van het Oogmergat in samen
hang met andere werken ter verbetering van
de situatie in de kop van Noord-Holland. Ook
de Helmdijlc door de duinen langs de noord
kant van het oude eiland werd gerepareerd.
Op 23 juni 1610 zegde Callantsoog toe een deel
van de kosten van de Oogmergat- en Helmdijlc
te zullen dragen en nam het op zich twee jaar
na de voltooiing van de dijken voor het ver
dere onderhoud te zullen zorgen. Naderhand
werd achter de Oogmergatdijlc voor de zeker
heid nog een slaperdijk gelegd, de Voordijk.
Deze werken boden een basis voor het ver
dere herstel van de Callantsoger polders. In
1612 verleenden de Staten een octrooi aan de
nieuwe eigenaren van de heerlijkheid en de
inwoners om de polderdijken te herstellen
en sluizen en molens te bouwen. Ter onder
steuning van het werk verleenden zij diverse
fiscale voordelen. Het jaar daarop werd in het
verlengde van de Helmdijlc een nieuwe Noord
schinkeldijk gelegd over de buitengronden en
door het Molenwater naar de Zijperdijk, waar
mee de situatie van voor de Allerheiligenvloed
in grote lijnen werd hersteld. De totale kosten
van deze werken bedroeg 12.705 gulden.
Het aldus omsloten gebied tussen de duinen
en de Voordijk in het westen en de Zijpe in het
oosten was behoorlijk geaccidenteerd. Voor
een goede waterhuishouding was een verdere
onderverdeling in een serie kleine poldertjes
nodig. Het gaat om:
de Zandpolder tussen de Voordijk in het wes
ten, de Helmdijlc in het noorden en de Rech-
tendijlc en Abbestede in het oosten.
De Jewelpolder tussen de Rechtendijlc-Abbe-
stede en de Jeweldijlc.
De Uitlandsche Polder, het in 1614 verkavelde
nieuwe land tussen de Jeweldijlc en de Zijper-
zeedijlc.
-28.-