Het 'Moimkuü' Jannie Provily Bij dat boerderijtje was veel grond, daar waar nu de paardendrafbaan van Imming aan de Zandweg is. En ook veel omliggend bos dat in de oorlog langzamerhand in vele kachels ver dween. De twee bunkers uit de oorlog, die la ter zijn omgebouwd tot woning, dat was heel veel werk, hoorden erbij. Haar vader was geen boer maar werkte bij de PTT. Hij moest als er storingen waren met klim- ijzers de palen in om de zaak te repareren. Het gezin telde negen kinderen waarvan Wim, Bets, Leni, Jopi en Alida in het boerderijtje zijn geboren. Omdat zij Katholiek waren gingen ze voor de oorlog naar school in 't Zand en in de oorlog op school in 'Hollywood'. Dat was dich ter bij en dan sleten de klompen minder. Als zij zondags naar de kerk gingen dan had den ze lakschoenen aan, maar thuisgekomen moesten die direct weer uit. Honger hadden ze niet, het boerderijtje bracht genoeg op. Moeder zal wat pannen pap hebben gekookt, ook voor hongerige mensen die langs de deur kwamen. Op de dars hing een molentje voor het malen van meel. Verder waren er lappen, varkens en schapen en van de melk van de koeien maak ten zij kaas en boter. Ook was er een groen tetuin en werd er geweckt. Geen mens had licht in de oorlog, maar zij wel, vader klom 's avonds met zijn klimijzers de paal in en ver bond het een en ander door; dat wist hij na tuurlijk precies en zo was er licht. Zij hadden een oude radio en dan werd er 's avonds door de mensen die in die tijd in kippenhokken, op- fokboeten enz. woonden naar de Engelse zen der geluisterd. De volgende mensen woonden bij hen of in de omgeving: Opoe Van Twuyver, Opoe Quak, Mijndert de Haan, Klaas Roos met vrouw en Gert, Dirk Vos en Gerrit Kater. Kees Kater zijn opa en oma woonden ook bij hen. Al met al toch wel een gezellige tijd. Na de oorlog wilde Corrie graag in de verple ging. Dat lukte niet, wel kreeg ze les op de Volkshogeschool waar ze een diploma haalde en in een ziekenhuis praktijklessen volgde. Alles op de fiets door de Zijpe van Oudesluis, Zijpersluis tot Burgerbrug. Als zij dokter Ver heul tegen kwam dan zei hij b.v.: "Cornelia, ga alvast daar of daar maar naar toe en zorg voor heet water en dat alles klaar staat." Ook over ledenen afleggen behoorde tot haar taak. Op zekere dag kwam ze Piet Weij tegen en wer den ze verliefd. Dat was een ramp, een Katho liek meisje met een Protestante jongen, dat mocht niet. Gelukkig had Corrie een zuster, Mart, die getrouwd was met Gerbrandt Kruit en daar moest héél vaak worden opgepast. Op 18-12-1950 kwam het huis bij het Molenwa ter vrij en zijn zij zonder toestemming ge trouwd. Dat was niet gemakkelijk maar ge lukkig werd later de verstandhouding weer als vanouds. Piet kwam in dienst van de polder, dat hield in: het gemaal draaiende houden en in de polderweggetjes gaten en kuilen opvullen. Als Piet daarmee bezig was en het was droog weer dan zette Corrie net zo makkelijk de oude die sel aan. De verdiensten waren niet best, maar ze hadden telefoon en dat was een voordeel als je zover in het land woonde. Het huisje was erg vochtig en in de winter verschrikkelijk koud. Piet maakte luiken voor de ramen. Om de drie jaar zakten ze door de vloer en moest deze worden vernieuwd. De w.c. stond boven de sloot en er was geen waterleiding, alleen een pomp boven het aanrecht met regenwater. Als de waterbak in de zomer met warm weer leeg was, moesten ze naar de familie Swaerts om melkbussen water. En toen Bets en later Jan werden geboren was er veel water nodig. Arie van Scheijen kwam één keer in de week te opvragen voor de boodschappen en die wer den dan op vrijdag bezorgd. Er was een kastje aan de weg waar de bakker het brood in legde en voor melk ging ze naar Arie Zeeman. Als ze karnemelk wilde hield ze scherp in gaten wanneer Jaap Boeder langs de dijk kwam. Maar ze hoefde geen huishuur te betalen, dat scheelde. Ze woonden er vijf en een halfjaar, Corrie Strooper is ook bewoonster van het 'Molenhuis' geweest. Zij is geboren in 1927, haar ouders kwamen naar Callantsoog en betrokken het boerderijtje van nu de familie Sneekes aan de Ooster- weg. Dat boerderijtje werd gehuurd door grootvader Strooper, hij was handelaar in koeien en als er koeien over waren van de markt in Schagen, werden ze zolang ondergebracht bij de ouders van Corrie. -22.-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2007 | | pagina 2