In een tweede rapport maakt Koelemeij mel ding van een telefoontje: Jaap en Siem kwamme hard loupen- de thuis uit skool. Ze zatte baiegaar in de tweide klas, want Jaap was een keer zitte bleven in de eerste. "Hoe is 't gaan, joos," vroeg moeder, "wat benne j ullie vroeg thuis vedaag, moste jullie geniessen skool bloive? Dat mag olc wel in de krant." "Nei oor moe," zee Jaap, "alles is goed gaan. D'r benne een paar nu- welinge kommen bai oos in de klas." Dat was altoid een hele gebeurtenis, niet allien voor de nuwlcommers, maar olc voor de klas zelf. Ze wiere over en weer met argwanende ouge bekeken. "O ja?" zee moeder, "dat beurt olc niet alle dage. Benne 't joos of moi- de? Weer Icomme ze vedaan en weer benne ze Icomme te weunen?" "'t Bennet twei joos," zee Siem, "weer ze weune dat wete we nag niet oor, maar ze Icomme hillegaar uit Fries land. Ze hewwe olc van die Friese name, Doede en Iebele hiete ze." "Ja en ze prate olc heel aars, in 't Fries, gienien van oos ken ze verstaan," ver telde Jaap veerder, "maar gelukkig, lache doene ze net as wai!" Nel Rentenaar-Bakker Ondergetekende, Reindert Koelemeij, gemeente- te vens onbezoldigd rijksveldwachter te Callantsoog, heeft de eer het volgende te rapporteren. Op zaterdag 11 October 1941, des voormiddags te omstreeks 07.45 uur, heeft er boven de gemeente een luchtgevecht plaatsgehad. Tijdens dat luchtgevecht is een Engelsch vliegtuig neergeschoten, welk vlieg tuig op circa 200 meter van het strand brandend in zee is terecht gekomen. Een lid van de bemanning is ongedeerd vanuit zee op het strand gekomen en is door de Grenzschutz alhier gevangen genomen. Even later is er een tweede persoon aangespoeld, deze was reeds overleden. De overige leden van de bemanning worden vermist. Waarvan door mij op ambtseed is opgemaakt dit rapport, dat sloot en teekende te Callantsoog op 11 October 1941. Omstreeks 10.30 uur voormiddags van opgemaakte datum werd mij, Reindert Koelemeij, gemeente- te vens onbezoldigd rijksveldwachter te Callantsoog, door den Commandant van de Grenzschutz alhier, telefonisch mededeling gedaan dat er op het strand alhier, nabij KM. Paal 12 een lijk van een lid van de bemanning van voornoemd vliegtuig lag, dat moest worden geborgen. Door mij is de Heer Burgemeester van Callantsoog hiervan in kennis gesteld en is het lijk van gemeente wege van het strand gehaald. Terstond daarna is het lijk door Duitsche militairen afgehaald en vervoerd naar de Algemeene Begraafplaats te Den Helder. Het lijk is onderzocht door de Grenzschutz te Cal lantsoog. Gegevens omtrent dat lijk zijn mij niet bekend. Voorzover mij bekend, was het genaamd Cooper. -61.-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2005 | | pagina 17