Fi&tseMra/zczia; Jaap Schilder Najaar 1944 C 3 v 000895 19'28 Meteen werden twee van mijn zusjes, Truus en Tiny, op pad gestuurd om de buren te waar schuwen. Ondertussen werden er maatrege len genomen om al onze fietsen in veiligheid te brengen. We hadden een heel groot gezin, dus dat waren zo'n negen stuks. Enkele nog met echte rubberbanden (die van vader en moeder), de rest op gevulcaniseerde banden of met antiplof (repen rubber gesneden uit oude autobanden). We hadden op ons erf een berg stro en kaf lig gen, want de dorsmachine van Arie Schenk had een week eerder het graan gedorst. Her en der werden de fietsen onder het stro ver borgen. Ook hebben we er een paar in een diepe sloot laten zakken, net als de fiets van opa Vriesman, die met opoe bij ons op de boer derij was 'ingekwartierd' omdat ze uit hun huisje aan de Duinweg (thans Pension Tamis) te Groote Keeten moesten worden geëvacu eerd. De fiets van opa Vriesman was een echte juttersfiets, een soort transportfiets op nog van die echte rubber 'spekbanden', waarop hij nog bijna dagelijks naar het strand fietste. Ofschoon dit voor hem eigenlijk verboden ge bied was, werd voor hem, mede door toedoen van familierelaties, een oogje dichtgeknepen. Hij vond het wel sneu dat zijn fiets onder een grote hoop stro verdween. "Als ze die nou nag vinden, dan hakken ze me kop er maar of," zei hij. Gelukkig is het zover niet gekomen. Mijn vader vond het uit tactische overwegingen beter, toch maar één fiets te laten staan. Een lelijk buitenmodel hoge herenfiets was inder tijd achtergelaten door een ruim twee meter lange Amsterdammer, die tijdelijk bij ons in de kost was geweest om schilderwerkzaam heden te verrichten bij de bouw van geschut- stellingen op het land van Piet Vader ten bate van de luchtmacht. Na ongeveer een uur verscheen er een Duit se legerwagen, bemand door een Duitse gewapende militair en een Nederlandse politieman die ons onbekend was. Ze vertel den dat ze opdracht hadden alle fietsen in te vorderen. Mijn vader leidde ze meteen naar de stalling op de dors, waar alleen die buiten model herenfiets stond. "Nemen jullie die nou mee? Het is onze enige fiets," zei mijn moeder en barstte in tranen uit. De mannen waren hierdoor toch wel onder de indruk. "U krijgt van ons een ontvangstbewijs," troostte de po litieman haar en overhandigde mijn moeder een gestempeld ontvangstbewijsje. Dit docu mentje is helaas in de loop van de tijd zoek geraakt. De mannen keken voor de vorm nog even om de hoek in de koestal en de schuur en verdwenen zonder verder te zoeken met de 'enige' fiets. Wij lachten in ons vuistje en waren opgelucht na dit avontuur. We hebben toch maar een paar dagen gewacht voor we de fietsen weer te voorschijn hebben gehaald want we hadden ze hard nodig, gezien de af standen die we moesten afleggen voor bood schappen doen, kerkbezoek enz. Zelfs naar onze naaste buren moesten we op de fiets. Ook opa Vriesman was blij. Hij kon weer re gelmatig naar zijn 'verboden' strand. "Daar gaat ie weer, die oude zeemeeuw," zei opoe dan. We hadden de indruk achteraf, ook na informatie bij buren en kennissen, dat de hele actie de Duitse bezetter weinig heeft opgele verd. De Nederlandse politie die aan dit soort acties moest medewerken en dus van te voren Het zal op een dag in november 1944 geweest zijn, dat we op onze boerderij aan de Nieuweweg door een koerierster uit 'Hollywood' (het houten nooddorp op de hoek Abbestederweg/Noord-Schin- keldijk) ik meen een dochter van de familie Schwaerts, werden gewaarschuwd dat diezelfde dag een fietsenrazzia zou worden gehouden en of we dit bericht meteen wilden verspreiden. Dit moest van mond tot mond gebeuren, want niemand, behalve de dokter en de politie, had toen telefoon. Jacobus-- 28 November ZlÓPe NS V CALLAWOÓC -40.-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2005 | | pagina 16