H-omderparlc 'HlewArLevmJ nog bij Zus en Arend verbleef). Het was maar goed dat hun scheiding tenslotte onvermijde lijk was. Er vloeiden wat tranen, maar Iet's verwonde hart was vlug hersteld toen Leo uit het Gooi terugkeerde. Alex, de Tartaar, probeerde met enig succes Annie het hof te maken, maar zover ik weet kwam het nooit tot een serieuze verhouding. Alex was een bijzonder grillige knaap, vooral wanneer hij dronken was (hetgeen nogal eens gebeurde). In zo'n geval zong hij vaak hemel hoog en kon je hem van een kilometer afstand aan horen komen. Zijn humeur kon met de geringste confrontatie omslaan en dan barstte hij in woede uit. Ik herinner me een voorval waarbij Alex in blinde dronken schap zijn woede botvierde door een houten bruggetje in het Kooibos totaal te vernielen. Er bleef alleen brandhout over, hetgeen later in onze kachel verdween. Mijn vriend Begmatov had een kameraad ge naamd Osmanov, die hem vaak vergezelde wanneer hij bij ons op visite kwam. Osmanov was een zachtaardige jongen met een senti mentele uitdrukking in zijn ogen. Op een dag kwam Begmatov totaal overstuur bij ons aan en vertelde dat Osmanov zelfmoord had ge pleegd niemand scheen te weten waarom. Osmanov is de enige Turlcestaner die ooit op het Callantsoogse kerkhof werd begraven zijn stoffelijk overschot is daar nog steeds. Achteraf gezien was hij nog wel één van de gelukkigen het lijkt er op dat het lot van de vele Turlcestaners, die later naar Rusland te rugkeerden, niet erg rooskleurig is geweest. Sommige Turlcestaners, die verkering hadden gekregen met Nederlandse meisjes, doken aan het einde van de oorlog onder. Later trouw den deze achtergebleven mannen met hun geliefden en verwierven daarna de Neder landse nationaliteit. Enkelen bezochten jaren later hun vaderland. Mijn zuster Annie vertel de mij dat sommige van deze mannen be weerden dat zij gedurende hun bezoek vroe gere kameraden hadden ontmoet die daar na de oorlog waren teruggekeerd. Nu we op de hoogte zijn van de wreedheden die tijdens Stalin's schrikbewind werden bedreven, twij fel ik sterk aan de waarheid van die bewerin gen. Het feit blijft dat geen enkele Turlce staner ooit iets van zich heeft laten horen. In 1940 evacueerden Aad Provily en zijn ouders, grootouders, ooms en tantes, nichtjes en neven uit Den Helder, in totaal veertien mensen. Zij ontvluchtten de stad vanwege de vele bombardementen en kwamen terecht in de lcippenboeten van Klaas Minnes, Lange- vliet 13. Het waren pri mitieve onderkomens, in de winter steen- en steenkoud. Het was be helpen, maar als vijf- a zesjarige, heb je daar geen erg in. De kinde ren konden daar heerlijk spelen, maakten hutten en zwierven over het land. Zo vond Aad op een dag een fotootje met een voor hem onbekende vrouw. Al die jaren is dit portretje van Koningin Wilhelmina zui nig bewaard door zijn moeder en kwam na haar overlijden weer te voorschijn. Op de foto o.a. Annie de Vries, Lientje Groothof/ en Greetje de Wit, met een aantal Turlcestaners. Aad Provily samen met twee nichtjes en een neefje voor de kippenboet. O COMt BAOk. W1LHELMINA - 11.-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2005 | | pagina 13