Luxfktsckif> Ze hadden ervan gehoord en ze hadden er over gelezen. Maar nu hadden ze 't zelf gezien. Op 9 juni 1930 was-ie statig over de stad aan het Marsdiep gevlogen, het toen al legendarische luchtschip Graf Zeppelin. De Duitse Graf Zeppelin, die twee jaar eerder voor het eerst was opgestegen van Fried- richshafen, was een waardig monument voor de naamgever, de beroemde luchtschippio nier graaf Ferdinand von Zeppelin. Het stati ge schip dat groter was dan alle daarvoor gebouwde Zeppelins - ruim dertig meter hoog en breed en bijna 240 meter lang - vloog statig over de nederige huisjes van de Ouwe Helder in de richting van de Lange Jaap en was een paar minuten later uit het zicht ver dwenen. Er was bewondering en enthousiasme: dit luchtschip kon vijftien ton aan vracht en pas sagiers binnen een etmaal naar Amerika ver voeren. Die Duitsers konden er wat van! Maar niet iedereen was enthousiast. Mijn grootva der vond het maar niks. Toen hij in de jaren vóór de Eerste Wereldoorlog in Duitsland gewoond en gewerkt had, had hij heel wat ellende met die luchtschepen meegemaakt. En dat was achteraf nog niets geweest in ver gelijking met de ellende die de luchtmon sters in de oorlog zelf hadden veroorzaakt. Op vijfduizend oorlogstochten hadden de Zeps onnoemelijk veel ellende aangericht. En zelfwaren ze ook niet ongedeerd uit de strijd gekomen. Een derde van deze luchtvloot, zo'n dertig Zeppelins, was aan flarden ge schoten en een zelfde aantal was ten onder gegaan door slechte weersomstandigheden of technische gebreken. En toch waren ze door gegaan met hun lugubere handwerk... Na de oorlog werd het de Duitsers verboden grote luchtschepen te bouwen, maar nog geen tien jaar later waren ze er weer. Voor com merciële doeleinden, zeiden ze. En in elk geval ook voor propagandistische doeleinden. Ze waren weer helemaal terug, die Duitsers. En dat was het nou juist wat opa benauwde. Maar 't gaat altijd anders dan je denkt. Want toen de Tweede Wereldoorlog tien jaar later uitbrak, waren het geen Zeppelin die Den Helder vanuit de lucht bestookten. Zelfs in de Slag om Engeland speelden deze luchtsche pen geen rol. Sterker nog, in begin 1940 had de chef van de Luftwaffe, Herman Göring, bevel gegeven de laatste twee bestaande luchtschepen te slopen om het metaal te gebruiken voor de bouw van militaire vlieg tuigen. Na het gebeuren met Hitler's trots, de 'Hindenburg', waarbij 34 van de 97 opvaren den in de vlammen waren omgekomen, had den de nazi's, die toch al nooit zo erg over tuigd geweest waren van de militaire beteke nis van de Zeppelins, in feite van deze lucht schepen afgezien. Het was dan ook verschrikkelijk geweest, het ergste drama in de bewogen geschiedenis van de Zeppelins. Op 6 mei 1937 was de 'Hinden burg', de bijna 250 meter lange mastodont met een accommodatie voor vijftig passagiers, met enige vertraging aangekomen in Lake- hurst, New Jersey in de Verenigde Staten. Even als bij de achttien voorafgaande transatlanti sche vluchten leek ook nu de landing zich normaal te voltrekken. Toen gebeurde het. Van het ene op het andere moment sloegen enorme vlammen uit de romp van het lucht schip. Binnen een minuut lag de 'Hinden burg' totaal uitgebrand op de grond. Radio luisteraars hoorden tot hun verbijstering de bij de landing aanwezige verslaggever in de microfoon snikken: "Het brandt, de vlammen slaan er aan alle kanten uit en het stort op de afmeermast en de mensen eronder. Dit is één van de grootste catastrofes uit de geschiede nis. Oh, die mensen, die mensen!" Zo stond het daags daarna in de Helderse Courant, ook toen al een actuele krant... Dat is ons gelukkig bespaard gebleven, zei m'n grootvader, toen hij me het verhaal vertelde. Ondingen zijn het. Gelukkig zie je ze niet meer. En dat vond ik jammer, want dat was weer zoiets van vroeger wat ik alleen maar uit de verhalen kende. Roeireddingboten, radersleepboten, Zeppelins, watervliegtuigen, allemaal verdwenen. Nee, 't was niet meer wat het geweest was. En dat vond ik jammer. Van de heer Jan T. Bremer kregen we de volgende reactie: Ik las een Zeppelinverhaal bij een foto. Dat deed mij denken aan bijgaand verhaal - let op de datum! - uit m'n boekje 'Ik min u Helder, stad der steden... Helderse verhalen uit de periode 1914-1940.' - 72.-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2004 | | pagina 12