V&qrotes zasiddijlc tussen Calümtsooq en Huisduinen ^yy^y Wim Lastdrager De commissieleden zagen dat het strand hooggelegen en vlak was, zonder kuilen ofte kriecken. Volgens mededelingen van de schout en schepenen van Huisduinen liep het strand alleen bij hoge vloeden onder. Dat was in de zomer van 1602 slechts tweemaal gebeurd. De commissie deed op 29 oktober 1603 aan beveling rietschuttingen op het vlakke strand te plaatsen. De gecommitteerde raden te Hoorn gaven de schout van Huisduinen opdracht rietschuttingen op het strand te zet ten om de opstuiving van een zanddijk te bevorderen. Hoewel reeds ver in het jaar, met kans dat de herfststormen veel van de aanplant zouden vernielen, wilde men toch een begin maken. Tussen 1603 en 1606 heeft men steeds pogin gen ondernomen om met gebruik van riet- schermen een zanddijk te doen ontstaan. Die pogingen om uitsluitend met betrekkelijk geringe kosten een dijklichaam te maken, leidden niet tot een volledig succes. Er moest een dijk aangelegd worden. Dus maar weer vergaderen. Grote vraag was natuurlijk, wie moest alles betalen. Amster dam was bereid de onderneming geldelijk te steunen en vond dat de aanleglcosten door de Staten van Holland en West-Friesland opge bracht moesten worden. Zij deden een ver zoek aan de Staten (de Regering) om hun 100.000 pond te lenen. Die gingen akkoord. Op 29 april 1610 werd de dijk aanbesteed. Half juli 1610 was de dijk klaar. Vanwege de krachtige steun die de landsadvocaat Johan van Oldenbarnevelt gegeven had, zou de dijk zijn naam krijgen. In twee en een halve maand was een bewon derenswaardige prestatie geleverd. Helemaal klaar was men echter nog niet. Op een tweetal plaatsen vond men het nodig de dijk te verhogen en hij moest nog met helm beplant worden. Opnieuw moest er geleend worden. Uiteindelijk was men in 1613 klaar. Er was iets groots verricht. De grote Zanddijk of Oldenbarneveltsdijlc hield het Noordzeewater tegen en voor de dijk stoof veel zand aan, zodat er een breed duingebied ontstond. Het gevaar dat het noorden van Holland door de zee zou worden verslonden was voorbij. 1650 Reconstructie van het Koegrasgebied. 1 Abbestee 10 Balgzand 12 Boskerpolder 20 Dubbelduin 26 De Garst 61 Koegras 64 Grote Zanddijk 71 Kwelderduin 88 Nieuwe Diep 98 Noordschinkel 112 Polder Callantsoog 122 De Schooten 130 HetTorp 136 Oogmergatsdijk Bronnen: 't Oge van Henk Schoorl. Oude kaarten van Noord-Holland, J.Westenberg. De commissie die in oktober 1603 het Oogmergat inspecteerde ging ook noordelijker kijken. Zij stelde vast dat er maar weinig duinen tussen Huisduinen en Callantsoog na de Allerheiligenvloed van 1570 overgebleven waren. -67.-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2003 | | pagina 7