Scheidingsvliet 7, Callantsoog
Boerderij Tas.
Deze boerderij is meer dan 100 jaar oud.
Hij heeft vroeger aan de
Helderse weg langs het Noord-
Hollands Kanaal gestaan, ter
hoogte van Burgerbrug. In de
dertiger jaren is hij per boot ver
voerd naar de Scheidingsvliet.
Tot 1953 was Jaap Struyf eige
naar, daarna Piet Tas. Sinds 1973
zet zijn zoon Peter Tas het
bedrijf voort, nadat hij samen
met zijn vrouw Trudy Straathof,
de boerderij ingrijpend heeft
verbouwd.
Er is nu een veehouderij met
loopstal met ongeveer 100 koei
en, waarvan 60 melkkoeien en
40 stuks jongvee. Van de totale
20 ha grond is 15 ha verhuurd als bollenland.
Er is één vierkant, dat gebruikt wordt voor
het opslaan van hooi.
De grote bloeiperiode van de stolpboerderij
lag in Holland rond 1600. De stolp was als
boerderijtype toen in. Mensen, vee, voer, voor
raden en gereedschappen waren onder één
dak bijeen. Vooral de rijke landeigenaren lie
ten grote stolpboerderijen bouwen.
In Callantsoog ontbraken rijke landeigena
ren. De bewoners waren arm. Ze waren name
lijk in 1570 (Allerheiligenvloed) van hun
eiland Callinge gevlucht. Rond een vlakte in
de duinen op lage duintjes bouwden ze aan
vankelijk met behulp van strandhout eenvou
dige boeten. Daar werden de koeien, meestal
niet meer dan vier, en het paard in gestald.
Naast de koeboet kwam een hut voor de men
sen en op het erf nog een hooiberg. Zowel
voor mensen als dieren een primitief onder
komen.
Hoewel de bewoners eenvoudig leefden, was
men toch tevreden. Men voelde zich veilig en
woonde droog op de duintjes. Het vee graas
de in de weilanden rond het dorp. De
Jewelpolder die ten oosten van het dorp lag,
was een drooggelegd waddengebied. Het gras
groeide daar goed. In 1536 had men al een
dijkje om dit gebied gelegd, zodat het eniger
mate tegen hoog water beschermd was.
Mocht het water toch de polder instromen
dan konden de beesten naar het dorp gedre
ven worden waar ze veilig in hun boeten
gestald konden worden.
Vandaar dat Callantsoog een geliefde plek
werd om er een boerderij te bouwen.
Toen het na 1700 met de boer wat betreft
zijn inkomsten wat beter ging, waren er vee
houders die het aandurfden om een boerderij
te laten bouwen. Het type stolp kreeg de voor
keur. Alles onder één dak. Lekker warm en
veilig. Het vee aan de westkant, het hooi in
het midden, het gereedschap en het gerij aan
de oostkant. De mens had kamers aan de
zuidkant. Zo'n boerderij was een uitkomst.
Alles dicht bij elkaar. Vandaar dat de boerde
rijen, die gebouwd werden, allen stolpboerde
rijen waren.
In 1900 stonden er nog elf van zulke boerde
rijen rond het Dorpsplein, dat toen 'De
Buurt' heette. Eén ervan is dankzij bewoning
door de families Vos en De Wit goed bewaard
gebleven. Dankzij grote financiële steun van
dorpsbewoners, gasten en sponsors kon het
pand in 1993 aangekocht worden door de
Stichting Callinger Erfgoed. De oude stolp
boerderij doet nu dienst als museum. De
Museumboerderij 'Tante Jaantje' wordt de
laatste jaren door meer dan 1000 personen
bezocht.
Aan het Dorpsplein staat nog een stolpboer
derij, die werd bewoond door de familie
Kater en later door de fam. Kruit. Tegen
woordig is de boerderij in gebruik als kle
dingzaak: 'de Oude Boerderij'.
foto's: Jannie Provily.
-75.-