RUZIE Vanaf het ontstaan van het Heersdiep heeft dit water als grensscheiding tussen 't Oge en Huisduinen dienst gedaan. Ruwweg geschat dus tussen 1200 en 1500. Het was een natuur lijke grens, die goed zichtbaar was. Alle goe deren en ook schepen die ten noorden van het Heersdiep op het strand kwamen, waren voor de eigenaar van Huisduinen. De goede ren die ten zuiden aanspoelden waren voor de eigenaar van 't Oge. Huisduinen behoorde aan de graven van Egmond en 't Oge aan de heren van Brederode. Aanvankelijk dus geen moeilijkheden. Maar het Heersdiep dat in 1358 nog net zo breed was als het Marsdiep ging zich in noordelijke richting verplaatsen. Het Huisduiner gebied werd dus kleiner en dat van 't Oge groter. Ook verzandde het Heersdiep. De Huisduiners vonden het eerlijker om de plaats waar vroeger het Heersdiep had gele gen als grensscheiding aan te houden. De Ogers voelden daar niets voor. In 1518 strand de er een schip ten zuiden van het inmiddels dichtgestoven Heersdiep. De Huisduiners eigenden zich de goederen toe. De beambten van de Graven van Egmond en de Heren van Brederode kwamen toen nog tot een schik king. De ruzie liep met een sisser af, maar in 1525 strandde er weer een schip* De ruzie liep toen zo hoog op, dat door de Brederodes een klacht bij het Hof van Holland ingediend werd. Dit Hof gaf enige raadsheren opdracht zich ter plaatse van de toestand op de hoogte te stellen. De commissie vond in januari 1526 de mon ding van het Heersdiep en zag dat die bijna verland was. Vloedwater stroomde nog wel de geul in, maar 700 m landinwaarts was niets meer van het oude geulenverloop terug te vinden. De commisie heeft toen de kustlijn zuid waarts gevolgd. Ze trof daar verschillende kreken aan die de strandlijn doorbraken. Hoog op het strand lagen een paar scheeps wrakken. Er was ook een haringbuis door de strandnollen gespoeld en zo was het later zogenoemde Buizegat ontstaan. De commissie liet een kaart maken van het omstreden gebied. Het Hof van Holland heeft zich daarover gebogen. Toch is nergens een uitspraak teruggevonden. Waarschijnlijk is het tot een vergelijk tussen de Brederoder en de Egmonder Heren gekomen, want beide partijen aanvaardden na 1526 het Buizegat als grensscheiding. BETEKENIS Behalve als grensscheiding tussen 't Oge en Huisduinen heeft het Heersdiep ook beteke nis gehad voor de handel. Vooral de handel in vis is belangrijk geweest. Zo kwamen de sche pen onder andere uit Zeeland en Vlaanderen naar het Heersdiep om vis op te halen, die gevangen was door de vissers van het eiland 't Oge. Op het bord in de dorpskerk staat dat 1300 de Ogers 36 vissersschepen hadden. Voor al die schepen bood het Heersdiep tot 1450 een veilige ligplaats. Helaas verzandde het Heersdiep. In 1475 was het nog 5 m diep. In 1494 viste iemand daar in nog twintig karren mosselen op. Maar vol gens een verklaring in 1505 van de rentmees ter van Brederode, de heer van Alkemade, was er toen nog maar sprake van een 'creecke'. In 1526 schreef de procureur van Brederode, de heer Michiel Ruyse, dat het Heersdiep bij laag water nog maar één voet 30 cm) diep was. Na de ramp in 1570 toen de Allerheiligen vloed het eiland 't Oge bijna wegspoelde en de Ogers van hun eiland wegvluchtten, werd er over het Heersdiep niet meer gesproken. Het was verdwenen. Op de volgende bladzijde drukken we de kaartjes af, waarop we duidelijk kunnen zien hoe het Heersdiep zich in honderd jaar heeft ontwikkeld. DE ONTWIKKELING VAN HET HEERSDIEP Op het kaartje linksboven op pag. 17 1475) zien we het Heersdiep (1) als een behoorlijk groot water in de richting van het dorp Torp stromen. Het heeft twee belangrijke zijtak ken: namelijk de Kromme Giel (2) en de Zuidarm (3). November 1525 strandde er een barkschip met Franse wijn. De strandvonder van 't Oge was Claes Pietersz. Hij liet uit het wrak bergen: zeven vaten Franse wijn, de fokkemast, twee ankers, kabeltouw en enig wrakhout. De schout van Huisduinen liet drie vaten wijn, de grote mast en enige andere goederen wegvoeren. Het schip lag ten zuiden van het Heersdiep, maar ten noorden van het Buizegat. Wie had er recht op? - 16.-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2001 | | pagina 18