Groote Keeten - 1910 Het jaar 1910 was voor Groote Keeten een heel belangrijk jaar. Er kwam namelijk een melkfabriek. Die zou dus voor veel leven in de brouwerij zorgen. Elke dag moesten de boeren hun melk aanleveren. Dat hield toen in, elke dag zelf met paard en wagen naar de Groote Keeten. Dit feit trok jonge onderne mende mensen aan, o.a begon Jan van Scheijen een smederij waar de boeren naar toe konden voor hoefbeslag, voor reparatie aan hun kar en andere landbouwwerktuigen. Er kwam een bakkerij voor verse broodjes. Jb. van Scheijen bouwde een kruidenierswinkel annex café met onder één kap een woonhuis. Naast de melkfabriek begon Anton Zomerdijk een schildersbedrijf. Naast het café van Van Scheijen begon Kees Bakker een slagerij. In de z.g. 'Achter Keeten' was een manufacturen- winkeltje en even verder nog een kruideniers winkeltje van Aaltje' (Kooy). Voor nu een onbegrijpelijke middenstands-situatie, echter in onze ogen was dit een ideale toestand en een geweldige service. Dat ging toen zo: de heer Jb. van Scheijen zette de door mijn moe der bestelde boodschappen op de aanrecht in de keuken, pakte een stoel en ging rustig zit ten. Hij maakte op 'zijn ge makkie' een praatje over het weer of andere belangrijke gebeurte nissen en zei dan: "Nou maidje, dat is dan zoveel geld voor de boskippen" (Keetemer woord voor boodschappen), rekende af en zei gedag, liep naar zijn T-Ford, slingerde de motor aan en ging weer verder naar een andere klant. Wat een gemoedelijke tijd. Let wel! Geen betere tijd. Als we dit vergelijken met de situatie nu, in de rij staan met je han del voor de kassa, wat een achteruitgang! Bij de smid Van Scheijen was het altijd een druk te van belang, twee paarden buiten aan de muur gebonden en één paard in de smederij 0111 voorzien te worden van nieuwe hoef ijzers. Deze hoefijzers werden roodgloeiend pasgemaalct, dan nog gloeiend tegen de hoef van het paard gehouden en pas-gebrand. Dit ging gepaard met een hevige rookontwik keling en een geur of stank, net hoe je het wilde noemen, en dat rook je al op een heel grote afstand. 1 maart 1911 Een terugblik door een nog echte Keetemer op Groote Keeten omstreeks 1910. Dit stukje heeft waarschijnlijk in de 'Badbode' gestaan, een blad dat werd uitgebracht door de V.V.V. en komt uit het fotoboek van Dick Bregman. Jan van Scheijen opent zijn smederij aan de Helmweg. Een jaar later wordt aan de rechterzijde het woonhuis gebouwd. Links van de smederij zien we het gebouw van de melkfabriek 'De Onder neming'. - 53. -

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2000 | | pagina 13