CAMPING 'TREKKERSHONK' Jannie Provïly-Rietvink Gert en Geer Bobeldijk maakten in 1950 voor het eerst kennis met Callantsoog, door de vrouw van Cees van Twuyver 'de post', die familie van Gert was. In de zomer waren zij bij hen op vakantie in de 'de Tandem', een houten zomerhuis. Dat staat nu nog op de Op 't Landtweg. Het is het enige zomer huis dat dubbel bewoond wordt. Ze vonden het heerlijk in Callantsoog. Toen ze dan ook van die houten zomerhuisjes met een dak van tentdoek op de camping van Jan Schager zagen, besloot Gert die timmerman-aan nemer was in Sijbekarspel, er een voor eigen gebruik te maken. Na de zomer verkocht hij deze, zeer tegen de zin van Geer, maar geen nood. Van het verkoopbe drag maakte hij er twee. Maar ook hiervan ging er een grif van de hand, iedere keer als er weer een huisje werd verkocht, maakte Gert een huisje extra en zo hadden ze tenslotte toch heel wat huisjes voor de verhuur. Ze vonden het heerlijk op dat knusse terreintje zo midden in het dorp, met nog een plee met daarin een emmer. Dat gaf nog wel eens later op de dag problemen, vooral toen het wat drukker werd. Toen het kampeerterrein werd opgeheven moesten ze naar 'de Garnelcuul'. 'De Garnekuul', wat een discriminatie, dat woord alleen al! Intussen hadden ze acht huisjes, Botje, Scharretje, allemaal vissennamen. Zelf hadden ze de 'Zeester Dat was de mooiste met zelfs een bank van een auto erin. Wat een luxe! Ze Icwamen op het idee om hier in Callantsoog een huis met een stuk grond te kopen, dan konden ze daar de huisjes opzetten. Zij hadden dan een mooie broodwinning en konden daarna hun zaak in Sijbekarspel verkopen. Het huis van Jochem v/d Plas aan de Abbestederweg 29 werd in 1960 gekocht. Maar zij kregen mooi geen toestemming om de houten huisjes op hun grond te plaatsen. Een camping mocht wel! Tijdens het verbouwen van het huis verbleven ze zelf in een van de houten zomerhuisjes. In 1961 was het dan eindelijk zover. Ook Jan Zeeman, hun buurman, begon toen een camping. Het wachten was nu op klantjes. Dat waren toen alleen nog bezitters van tenten, want cara vans had je nog niet. Het eerste jaar liep lekker, maar 21 augustus van dat zelfde jaar kwam er een vreselijke slag in het leven van Geer, want haar man Gert overleed. Zij moest nu alleen verder. Er moest ook holderdebolder een toiletgebouw komen voor de kampeerders en dat was alle maal verschrikkelijk ingewikkeld voor Geer. Ze was altijd enig kind geweest en wel een beetje verwend. Maar zoals zij zelf zei, een mens krijgt kracht naar kruis. Gelukkig is ze altijd fijn geholpen, door mensen die vanaf het begin op de camping stonden. En niet te vergeten haar Vader. Die zei: "Kind, ik moest maar bij je intrekken." Maar dat vond Geer niet zo'n goed idee, de kinderen waren al groot en Klaas was een vreselijke rommelkont en Vader was heel precies, dus voor wie moetje dan partij kiezen. Gelukkig werd toen in Callantsoog net het bejaardenhuis gebouwd en daar kreeg Opa Dop een kamertje en dat was een prachtige oplossing. Overdag kon hij Geer bijstaan en 's avonds kon hij zich terugtrekken. In 1964 is zij met Jan Weij getrouwd. Jan hield niet zo van de camping, maar als er een klusje was, deed hij dat met liefde. 'Trekkershonk' was een kleine camping, eigenlijk een familie-camping. Eig. G. Weij-Dop Abbestederweg 9 Callantsoog Tel. 02248-1225 Postrekening 806.613 28

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 1997 | | pagina 8