CAMPING VAN MUYEN Agnes en Piet van Muyen kwamen met de bus uit Schagen en stapten aan het begin van Callantsoog uit. De eerste indruk was troosteloos. Een verlaten dorp. Het was november 1946. Bijna alle huizen van Callantsoog stonden toen nog leeg vanwe ge de evacuatie, die op last van de Duitsers in 1942 had plaatsgevonden. De eerste Callantsogers waren net begon nen hun huizen op te knappen om ze weer te gaan bewonen. In het blad 'de Boerderij' hadden zij een pluimveehouderij aan de Kruisweg te koop gezien. Na aan verschillende mensen gevraagd te hebben, kwamen zij op de bestemde plaats aan. Het leek ze wel wat en dus kochten ze het bedrijfje van de fam. Sliphorst. Het waren 50 kippen en een schaap, meer was het niet. Bij hun komst op 4 december 1946 hadden zij een zoontje Peter. In Callantsoog werden in de jaren daarna nog drie zonen en drie dochters geboren. In het begin viel het voor hen niet mee. Zij kwamen uit het midden des lands, n 1. uit Mijdrecht. Dus was voor hen de taal Westfries in het begin moeilijk te verstaan. Ze hadden geen water en elektriciteit. Van Peter die in dat jaar in mei geboren was, moest ze de luiers voor het huis in de smalle sloot spoelen, want de regenput was vanwege de lange winter leeg. Maar gelukkig mochten ze bij buurvrouw de Vries (tante Pietertje) uit de pomp water halen. Dat was een heel gesleep. De van Muyens runden na verloop van tijd een z.g.n. vermeerderingsbedrijf. Op het terreintje dat nu camping is, stonden hokjes met tomen legkippen en hanen voor de productie van broedeieren. Toen in 1947 het vreemdelingenverkeer heel langzaam op gang kwam, gingen de van Muyens een gedeelte van hun huis verhuren. Het was improviseren, maar het ging en het geld konden zij goed gebruiken. In 1948 kwamen ze op het idee om aan de gemeente te vragen of ze van 'het Luttickduin' een camping mochten maken. Dat was een ongebruikt stuk grond, met grote en kleine bunkers er op. Het leek ze voor groepen kampeerders ideaal. Vooral voor kinderen was het een prachtig speelterrein, die konden daar naar hartelust hun fantasieën botvieren. Het gemeentebestuur ging akkoord. Ze konden het pachten. Er werd een pomp geslagen en er kwamen houten toi letten. Zo ontstond de camping 'Luttickduin'. Jannie Provily-Rietvink 1952 Camping Luttickduin. foto Klaver 72

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 1996 | | pagina 12