DE REDDER VAN CALLANTSOOG "OPA BOEKEL WORDT 80 JAAR
HET DRAMA VAN DE "STRATHMORE"
"DAAR LAGGE ME MENEER, IN DE HEL VAN DE BRANDING"
Vandaag wordt Klaas Boekei, in den volksmond genoemd "Opa Boekei", 80 jaar en héél
Callantsoog is er vol van. Dat is geen wonder, als men in aanmerking neemt, dat Boekei min
of meer de held van het dorp is, de man die tal van malen met de reddingboot in vervlogen
tijden zee koos en daarbij diverse heldendaden op z'n brevet wist te krijgen.
We hebben hem dezer dagen opgezocht. Op Callantsoog, dat in deze midwintersche dagen
eenzamer en winderiger is dan ooit. Een uit één straat bestaand dorp, waarin de zeewinden
vrij spel hebben. Het is Opa Boelcel niet gegeven op z'n lauweren te rusten. Verre van dat. Hij
moet met z'n acht kruisen nog ploeteren 0111 de eindjes aan elkaar te lcnoopen en kan zich
geen luxe permitteeren. Ook door hem wordt weer eens bewezen hoe weinig rendabel het red
den van menschen in feite vroeger was.
Hij woont - 0 groteske speling van het lot - in een snoepwinkel! Waar de bont geschorte vrouw
tjes van Callantsoog hun zakjes blauw komen halen en drie cent stijfsel. En de kinderen een
cent duimdrop of een kleurbal. Voorwaar een Are de Triomphe is het niet!
Toch is Boekei niet ontevreden en toen wij hem eens het een en ander vroegen, bleek, dat
deze man, die er voor z'n 80 jaren nog opmerkelijk frisch uitziet, in zijn geheele leven zoo
weinig luxe bezeten had, zo weinig verwend door Fortuna was, dat hij niet eens meer beseft,
dat iemand van zijn werkkracht en menschlievendheid toch eigenlijk een beter lot beschoren
had moeten zijn.
En terwijl de stijve Zuidwester door den schoorsteen daverde en de miniatuurruitjes van het
woninkje deed rammelen, heeft hij ons van zijn bewogen leven verteld. Hoe hij menschen
gered heeft onder niet minder dan drie schippers: eerst onder Arie Vos, dan Jaap Bakker en
ten slotte onder Maarten Mooy.
Een hard leven heeft hij geleid, deze Callantsooger held. Een indrukwekkend aantal baantjes,
waaraan hij echter nooit veel bijzonders verdiend heeft. Gelukkig, dat zijn behoeften zoo
klein waren.
Wat hij al niet geweest is: grasmaaier, visscher, consumptietenthouder op het strand, poelier,
brandstoffenhandelaar, wilddrager bij den bezitter van het Zwanenwater, de jonkheer Van der
Poll. Nu eens dit, dan weer dat, maar altijd: roeier in de reddingboot en jutter op het strand.
Van z'n heldendaden kan hij vertellen. Dat is een rijk bezit en dat kan niemand hem afne
men.
Bijvoorbeeld van die legendarische stranding van het Engelsche stoomschip "Strathmore"
waarvan nog heden ten dage alle zeeridders aan de Nederlandsche kust den mond vol hebben.
"Dat was een verschrikkelijke redding, meneer, in 1882. De slcuit sloeg 's nachts bij stormweer
op de derde bank voor Callantsoog en de zeeén sloegen er overheen. Nou is het hier altijd las
tig om van wal weg te komme. Dat komt door die drie zandbanken. En als het daarbute van
bakkeleie gaat, dan is het haast niet te doen in zee te komen. De branding slaat je telkens
terug."
Enfin, onder Jaap Baklcer's leiding kwam men er dit leeer wel overheen en toen men bij de
kapotgeslagen "Strathmore" kwam, was men zoo fortuinlijk er reeds den eersten keer acht
man af te halen. Maar toen gebeurde het. De boot raakte aan het "slieren", raakte uit haar
roer, kwam scheef op zee te liggen en sloeg om met man en muis.
Nog beleeft Boelcel dit moment. Hij vertelt het met nerveuze armbewegingen en het oude grij
ze hoofd wrikt heftig heen en weer.
HARD LEVEN
Van Nic en An Smit, Stuyvezandeweg
Callantsoog, ontvingen we het hier
onderstaande artikel uit de Telegraaf
van 3 februari 1938.
38