WIEPEN
Een wiep is een ineengevlochten bos wilgetalcken. Omtrek 30 cm, lengte 10 m. Zo'n bos
werd met knijpbanden samengebonden. Tussen twee knijpbanden kwamen nog twee of drie
wiepbanden. Zowel knijp- als wiepbanden waren wilgetalcken.
Vroeger werd dit hele karwei met de hand gedaan. Vijf of zes man stonden er dan aan een
zogenaamde wiepstelling. Die bestond uit in de grond geslagen staken. Deze staken waren twee
aan twee door een tak verbonden. (Zie tekening) De zo ontstane jukken werden op 50 cm uit
elkaar geplaatst.
De mannen aan de wiepstelling mochten geen touw of ijzerdraad gebruiken. De wiepen wer
den bij het maken of herstellen van dammen gebruikt.
Ook tegenwoordig worden er nog wiepen gemaakt. Ze zijn name
lijk tot op heden een onvervangbaar produlct bij het maken van de
dammen. Alleen het samenbinden van de bossen takken geschiedt
nu machinaal. Een machine slingert om de bos een draad van
kunststof.
Zo'n wiepstelling kan men nog zien staan in 'het Kerkhof bij de
Groote Keeten. Die plek ligt links van de weg waarlangs men naar
strand loopt. Daar staan ook loodsen en er ligt veel materiaal
opgeslagen dat bestemd is voor de lcustbescherming.
In de boerderij 'Tante Jaantje' aan het Dorpsplein staan bij de ten
toonstelling 'Hoe maakt men een dam?' delen van echte wiepen.
Kees Vriesman zorgde voor
de gegevens, de tekeningen
en de foto's.
Wiepemakers 1995. Bé Zuidema (links) en Rinus de Jong aan het werk.
Fig. 51 Wiepstelling
Fig. 53 Knijpbandlus
Fig. 54 Wiepband
ww.1s&y/wjmnyM f
55