m Maarten Jacobsz. Stippel werd op 30-8-1703 door Gecommitteerde Raden tot 'Coster en Schoolmeester' aangesteld. Niet iedereen dacht even positief over deze 'meester Stippelius'. In januari 1747 vroeg hij ontslag. Hij was toen 78 jaar. Hij kreeg uit de dorpskas een jaar lijkse 'gift' van 52,00 en van 'de Heren' nog een uitkering van 20,00 per jaar. Jacob de Nieuwe uit Bovencarspel, oud 20 jaar, werd in 1747, ondanks het feit dat hij als no.4 op de 'Nominatie' stond, benoemd. Hij trouwde op 12-5-1748 met Aatje Kracht. De Rentmeester rapporteerde in 1755 aan de Vrijheren dat de schoolmeester zijn zaken zeer slecht waarneemt. "Ook heeft hij de Dorpsklok bedorven dat dezelve niet gaan kan." Uit het huwelijk met Aagje Kracht waren acht kinderen 'gesproten'.In oktober 1769 wer den al deze kinderen door 'de rode hond besogt' met het noodlottige gevolg dat de jong ste drie het leven verloren. Zelf raakte Jacob aan de drank verslaafd. In een rapport over hem stond: "Hij is een ver- loopen leeraer, ...de gegoedste inwoonders zenden hun kinderen ter leering buijten de Heerlijlcheijd wijl zij aan zoodanig subject hunne waardste panden niet toevertrouwen". Toch bleef hij schoolmeester tot aan zijn dood op 26-11-1792. Pieter van Marken, geboren te Oostzaan op 28-9-1771, was een van de 12 sollicitanten. Meester Klaas Raap uit Oudesluis had hen geëxamineerd en Pieter 'zijnde zeer kundig in de schrijf- en rekenkunst en wel bijzonder in de Stuurmans navigatie' was als de beste naar voren gekomen. In 1799 werd hij ook benoemd tot 'Baljuw, Schout en Secretaris' en in 1804 kreeg hij er tevens de functies van 'Dijkgraaf, Houtvester en Commissaris en Secretaris onser vrijstran- de' bij. Uit de door van Marken gevoerde correspondentie blijkt dat hij een uitstekend pleitbezor ger voor de armen is geweest. Op 17 juli 1811 werd hij tot Maire (een Frans woord voor burgemeester) benoemd. Het zag er voor hem echter somber uit toen Callantsoog per 1-1-1812 met de gemeente Zijpe werd verenigd. Hij kreeg ontslag als Maire van Callantsoog. Hij hield enkel 'het schoolonderwijzersambt' over. In september 1815 werd hij tot zijn vreugde aangesteld als rentmeester. Het Koninklijk Besluit van 13-12-1815 herstelde de oude gemeentelijke indeling en werd Callantsoog weer een zelfstandige gemeente. Pieter van Marken werd op 10-8-1825 benoemd tot burgemeester (tevens secretaris) van Callantsoog. Hij was dus de eerste burgemeester. Op 28-3-1831, nog steeds schoolmeester zijnde, overleed hij op 59 jarige leeftijd. 1 1 i 11 4 i Een school in 1781. - - Naar een prentje van Alex Numan. (Uit het Oudheidkundig Jaarboek van 1925). De meester staat bij het bord en geeft les in rekenen. De kinderen staan er voor. Anderen zitten aan lessenaars te wer ken. In de hoek links staan een katheder en een stoel van de meester, daarachter hangt de plak. 30

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 1995 | | pagina 6