Als er een vliegtuig overvloog, zei Arendje: "Daar gaan m'n belastingcenten!" "Kerel, hou je
mond," zei Vader dan, "je hebt nog nooit belasting betaald."
Jan Mooij Tzn., ook een van die echte Callantsogers, was altijd te laat. Dus zei Vader: "Jan, ik eis
van je dat je op tijd begint, anders ga je eruit en dan krijg je geen cent." Toen zei Jan: "Maar ik kan
geen klok kijken." Waarop Vader weer zei: "Hoe kan het dan, datje 's morgens altijd een half uur te
laat bent en 's middags een half uur te vroeg naar huis gaat?" Jan antwoordde toen: "Ik schiet de
zon." Die uitspraak werd toen bij ons thuis een gevleugeld gezegde.
Jantje, de moeder van Piet en Willem, was ook een bekende Callantsoger dorpsfiguur. Ze was een
eerste klas komediant. Ze ging altijd krom lopen als ze meneer van de Poll of Vader zag. Even ver
derop liep ze dan weer als een kieft. Daar kon moeder zich zo kwaad over maken.
Jantje kreeg ook altijd de oude avondjurken van mevrouw van de Poll. Die hadden een sleepje van
achteren, maar Jantje droeg dat van voren. Dat was makkelijk bij het schelpen rapen, die gingen
daar dan in.
De oude heer Charles van de Poll ging dood in 1936. De mensen die voor hem gewerkt hadden, kre
gen voor ieder jaar trouwe dienst 100,00. Ook Vader, die kreeg 1700,00. Jaap Mooy Mzn. echter
kreeg niets, die had notabene nog langer in het Zwanenwater gewerkt dan Vader. Moeder zei: "Dat
is geen stijl, daar moetje wat aan doen, man!" Dus Vader ging naar André en Max van de Poll en
daar zat ook Boreel van Oldenhouwer, mede aandeelhouder van het Zwanenwater. Vader zei: "Ik
heb voor u een akelige boodschap." Vervolgens deed hij zijn verhaal en eindigde met te zeggen:
"Dat kunt u voor uw naam in Callantsoog niet doen." De Heren waren voor het zinspelen op hun
naam altijd erg gevoelig.) André vond dit ook en zei: "Ja, hij moet geld hebben, wat moeten we hem
geven Jan?" "Nou," zei Vader, "schenk hem z'n hypotheek, want ik weet dat hij bij de meneer Van
de Poll nog zo'n 2000,00 schuld heeft. Schenk die maar." De heren stemden daarmee in. Dus
Vader naar Jaap en Grietje en daar zei hij: "Het huis is voor jullie, maar je mag de Heren er wel
voor bedanken." Jaap Mooij moest dus naar de Heren. Met z'n pet onder de arm kwam hij binnen.
Daar was alleen Boreel van Oldehouwer. André en Max van de Poll waren er niet. "Ik kom bedan
ken voor het kwijtschelden van mijn schuld, tenminste dat heeft van Honschooten mij verteld."
"Nou je hoeft mij niet te bedanken heur, je had het van mij niet gekregen." Jaap Mooij beteuterd
weer weg, maar toch blij. Hij was van zijn hypotheek af.
En dan tot besluit nog een verhaaltje. Meindert de Haan woonde in een woonwagen. Die stond op
grond van de fam. van de Poll. Hij woonde daar nadat het Armenhuis, waar hij een gedeelte woonde
op 14 mei 1931 verbrand was. De woonwagen van Meindert verbrandde een paar jaar later. Maar
dat gebeurde onder verdachte omstandigheden! Dus moest hij voor de rechter verschijnen. Die
vroeg: "Meneer de Haan, was uw woonwagen geheel opgetrokken uit hout?" "Vanzelf," zei
Meindert, "Heb u wellus van een stienen woonwagen hoort?"
UIT DE BADBODE VAN 11 JULI 1959
Verlichting
V.V.Vnieuws
In Groote Keeten en Callantsoog werden de afgelo
pen
weken opnieuw enkele lantarens geplaatst. Vooral de
verlichting in Callantsoog rond het Dorpsplein is nu
uitstekend.
Thans gaat het plaatsen van de lantarens zonder veel
plichtplegingen. In 1938 schreef een badgast dat in
het jaar 1923 en wel op 25 augustus heel Callantsoog
in feeststemming verkeerde toen er op die dag voor
het eerst electrisch licht was.
Het bezoek aan Callantsoog is in de maand juni zeer
behoorlijk geweest.
Zij die hun vacantie in deze maand gehad hebben,
kunnen terug zien op een werkelijk 'mooie' vacantie.
Maar het record aantal bezoekers kwam toch wel
gedurende het afgelopen weekend.
Naar schatting waren er zondag j.1. tussen Groote
Keeten en Callantsoog 800 auto's geparkeerd, terwijl
het aantal strandbezoekers die dag zeker 10.000 is
geweest.
OpmerkingGeschatte aantal auto's op een van de mooie weekenden in juli 1994 2500
Aantal strandliefhebbers 40.000! Red.)
83