Dat Klaas Dalenberg Tol nr.3 aan het Koegras zal pachten.
Dat Jacob Vos bediende van politie is geworden. Dat betekent een vast inkomen, zeer
belangrijk in die tijd. Later komt daar nog een beloning van f 3.= per jaar bij "wegens
het oppassen op het raadhuis bij de catechisatie.Zou dominee moeite hebben gehad de
orde onder zijn catechisanten te handhaven? (8)
Dat Arie Vader is overleden en Pieter Blom uit Groote Keeten hem opvolgt als raadslid.
Overigens heten de wethouders in plattelandsgemeenten assessoren.
Dat de dochter van Willem Bruinier geen bericht van haar vader krijgt, ze heeft hem
vergeefs geschreven. Dan wordt de burgemeester te hulp geroepen en dank zij correspon
dentie met zijn collega's in Zwolle en Smilde wordt de verblijfplaats van vader bekend.
De burgemeester schrijft aan de predikant Aris Boombaar Schreuder een paar keer een
brief over het koninklijk huis en verzoekt hem dit zondag mee te delen. Zo nemen de
trouwe kerkgangers kennis van de voorspoedige bevalling van prinses Marianne, gemalin
van prins Albert van Pruisen. Vanuit Haarlem komt zelfs bericht om a.s. zondag te bidden
ter gelegenheid van de aanvaarding van de regering door Z.M. Koning Willem II.
70
EN WAT IS HET NIEUWS IN HET DORP?
De noordwestzijde van 'de Buurt' (nu het Dorpsplein), 2de helft 19de eeuw.
Alle op deze tekening van Barry de Wilde staande huizen zijn er niet meer. Op
de plaats van de tvïee aan de linkerkant staande panden staat nu de supermarkt
'C 1000'. De andere huisjes zijn of gesloopt of afgebrand.
(Zie ook het fotoboek 'Callantsoog en Groote Keeten vroeger' blz.8.)
WORDT ER OVER DE PREKEN VAN DE DOMINEE GESPROKEN?
Een flinke bijdrage
Uit een concept-request "Aan Zijne Majesteit den Koning" van februari 1839 blijkt dat de Hervonde
Geneente slechts 285 zielen en 112 lidmaten telde.
Zij noest jaarlijks een repartitie omslag) van f 100,00 over haar lidmaten doen "tot vinding
der onderhoudskosten van Kerk en Pastorij en voor de behoeften van hare Eredienst hetwelk reeds
een aanzienlijk bezwaar oplevert vermits het ïerendeel der leden in behoeftige oistandigheden
verkeert."
Deze repartitie van f 100,00 was blijkbaar in 1837 voor drie jaren ingevoerd.
1837 f 87,00
1838 f 99,00
1839 f 96,00
1840 en volgende jaren restanten van f 16,50.
Ontleend aan 'Sprokkelingen uit de Historie van het zeedorp Callantsoog' door J.Baken Gzn.
