Kijken we naar de huidige uitmaling van de Boskerpolder dan zien we dat die ook gemoderni seerd is. Daartoe zijn ter vervanging van het vanaf 1910 bestaande systeem een tweetal Vopo- pompen opgesteld. Elk met een capaciteit van 10 m3 per minuut. Normaal wordt het peil bijgehouden door één van die pompen. Als er bijzondere omstandigheden zijn, treedt automa tisch de tweede pomp in werking. En dat komt wel eens voor, want de Boskerpolder (73,4 ha) is nog altijd het laagst gelegen gedeelte van de polder Callantsoog. De thans (1990) in bedrijf zijnde Vopo-pompen, die de taak van de sinds 1910 bestaande bemaling met het grote gemaal hebben overgenomen. In feite dus de opvolgers van de uit het landschap verdwenen molen van de Boskerpolder. Deze werd kort na 1990 buiten bedrijf gesteld. Normaal is er één Vopo-pomp in bedrijf, maar in bijzondere omstandigheden kunnen ze allebei tegelijk werken. EEN TWEEDE GEMAAL VOOR HET UITMALEN In 1967 is ter verbetering van de ontwatering van de gehele polder Callantsoog, mede in verband met de opkomst van de bloembollencultuur, een tweede gemaal voor het uitmalen gebouwd. Dit gebeurde bij de Koetensluis in de Noordschinkeldijk. In verband met de maximale belasting op het laagspanningsnet ter plaatse bij de Koetensluis, mocht toen niet meer vermogen dan 6 PK worden aangesloten. Dit leverde een wateropbrengst op van 20 m3 per minuut. Tezamen met het oorspronkelijke gemaal k 45 m3 per minuut, dat kon inmalen en uitmalen door enkele schuiven om te zetten, was de totale uitmaalcapaciteit 45+20 65 m3 per minuut, hetgeen voor een polder van 73,4 ha met kwetsbare cultures nog aan de krappe kant was. Om dit bezwaar te ondervangen is het gemaal aan de Koetensluis enkele jaren geleden vervangen door een nieuw automatisch werkend elektrisch vijzelgemaal met een capaciteit van 45 m3 per minuut, zodat de totale uitmaalcapaciteit 90 m3 per minuut is. Dit wordt nu voldoende geacht. Vroeger werd er altijd vanuit gegaan dat spuien geen energie mocht kosten en er dus ook geen geld aan besteed hoefde te worden. Dat moest dus zoveel mogelijk worden uitgebuit. De meningen hierover waren echter altijd verdeeld. Toen in de vijftigeijaren de klachten over wateroverlast steeds krachtiger werden en er geen eenstemmigheid was om een groter deel van de polder Callantsoog uit te malen, heeft de toenmalige dijkgraaf, de heer P.J.Kruisveld, bij wijze van proef, dit stiekem toch gedaan. Hij liet namelijk op een mistige dag een duiker aanleggen, waardoor het beoogde doel kon worden bereikt. 51

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 1991 | | pagina 11