31
Een en ander lijkt in tegenspraak met een bewering uit 1892 in het verslag van
de 52ste vergadering der Nederlandsche Botanische Vereeniqing, gehouden te
Alkmaar den 29 Augustus 1891.
In dit verslag staat:
want juist hier treft ons de rijke, door geen cultuur of andere maatregelen
beperkte, wilde plantengroei. Tussen een buitenste en een binnenste duinenreeks
liggen het groote en kleine Zwanenwater, uitgestrekte begroeide waterplassen;
zandheuvels en moeras, heide- en veengroei wisselen met elkander af, en het oog
wordt bekoord, zoowel door de plantenverscheidenheid langs het pad als door de
schilderachtige uitzichten over het landschap."
De leden van de Botanische Vereniging hebben waarschijnlijk weinig tijd gehad om
het terrein te bestuderen. Duidelijk wordt wel uit bovenstaande dat de
exploitatie ten behoeve van landbouw of veeteelt zo weinig intensief was, dat
het niet opviel.
Vanaf 1928 geeft de boekhouding van de N.V. 'het Zwanenwater' geen aanwijzing
meer van beweiding of bebouwing.
In 1929 werd voor het laatst gras verkocht. Opbrengst slechts f 50,00
Samenvatting
Het Zwanenwater werd vele jaren ten behoeve van het agrarisch bedrijf geëxploiteerd.
Vanaf 1835 gebeurde dit echter in steeds mindere mate. Na 1930 komt deze vorm van
exploitatie niet meer voor.
(Toch lopen er nu - 1991 - weer koeien in het Zwanenwater. Ze zijn daar in dienst
van de natuur'. Men hoopt zo de vergrassing en verruiging van dit gebied tegen te
gaan. Redactie)
Veel van SchetAkaant van Kallandtooggevolgd naai de kaant van
Jan Vinkt z. Zoutman, landmeten te AlkmaaA., 1665.
Uit: Inventanit van het Oud Anehte^ van Callandtoog' doon
P.W. van Voonntnck, Haanlem 1902'
Wondt venvolgd.