74 Een VuitAZ UeAiZA^chnvUt ME Hij wend aJU nachtjagen gebm Zur Lippe ontweek het vuur van de Engelsman en liet de afstand tussen de bommenwerper en zijn eigen machine nog iets groter wor den. Daarna ondernam hij de aanval, waarbij hij richtte op één van de brandstoftanks, die zich in de vleugels tussen romp en motor bevon den. Een druk op de knoppen. Met een felle lichtflits priemden de banen van de lichtspoormunitie in de duisternis, als dodelijke vingers die zich uitstrekten naar de zwarte schaduw recht vooruit. Onmiddel lijk schoot een vlammetje van de benzinetank omhoog en vlogen er vonken af. Dit duurde ongeveer twee minuten lang. Toen was de vlam weer verdwenen. Hij dacht al dat de Tommy zijn portie nog niet had gehad, toen het vuur opnieuw oplaaide en heviger werd. Nu brandde de hele tank. Ook de andere tank moest vlam hebben gevat, want een felle steekvlam sloeg opeens omhoog van de andere vleugel, die enkele tellen later afbrak. Toen kwam het einde: de machine sprong in stukken uit el kaar, die brandend omlaagvielen. Enthousiast over zijn tweede overwinning maakte Zur Lippe een 'vreugde-looping' en cirkelde daarop nog even rond de neervallende wrakstukken van zijn slachtoffer. Vlak aan de kust viel de romp van de Whitley neer 'bij een kleine plas'. De 'plas' was het Zwanewater, een natuurgebied bij Callantsoog. De Whitley, de N 1521 die behoorde tot het 58ste Squadron van de basis Linton-on-Ouse, had deelgenomen aan een aanval op Wilhelmshaven. Aanvankelijk werden er drie lijken geborgen. Hoogstwaarschijnlijk |jêén van de bemanningsleden nog met de parachute uit het vlie. ^sprongen, maar kwam hij terecht in de propellerbaan. Hoe het jij, hij viel te pletter op het toegevroren Zwanewater. Aangeno mag worden dat dit het lichaam was van de Captain van de machine, pilot Officer William E. Peers (36). Hij werd met de radiotelegrafist, Sgt. Robert J.Couser, D.F.M. (22), een Nieuwzeelander, en de boord werktuigkundige, Sgt. Robert F. J. Duncan (22), een Canadees uit Vancouver, in Amsterdam begraven. Naar verluidt werd naderhand in een deel van het vliegtuig, dat een eind verder in het moeras lag, nog een lijk aangetroffen. Op 18 mei d.o.v. zou in het Zwanewater een vierde lichaam zijn gevonden. Welk hiervan het lijk is geweest van Sgt. Howard Shipley (24), de tweede piloot, dat in Alkmaar werd begraven, is niet meer na te gaan. Het lichaam van het vijfde bemanningslid, de waarnemer Pilot Officer Melville Percy Griffiths, werd nooit gevonden. Aangenomen werd dat hij was verdronken. Dunkelnachtj agdkommando Met toestemming van de auteur, de heer A.Jansen, overgenomen uit zijn boek 'Het Wespennest Leeuwarden' Uitg. Hollandia te Baarn.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 1989 | | pagina 8