17
EREPENNINGEN
18 W. Schotten Gemeentesecretaris, 1979
17 A.J.G. Colnot Kunstschilder, 1977
ter hand. In 1952 voerde Blauw onderhandelingen met de
erven van oud-burgemeester Jacob van Reenen om Het
Oude Hof, de muziektuin, de Vinkenbaan en villa Kranen-
burgh aan de gemeente te verkopen.
De afdeling Gemeentewerken was destijds ondergebracht in
de Zweedse barakken aan de Karel de Grotelaan. Deze wer
den in 1980 afgebroken om plaats te maken voor de biblio
theek met daarboven enkele appartementen, waarvan Blauw
en zijn vrouw de eerste bewoners werden. Blauw heeft
zich altijd beijverd om Alkmaar op een afstand te houden.
Dit gebeurde onder meer door veel grond aan te kopen.
Vanwege problemen met zijn gezondheid moest Blauw zich
tot ieders spijt in 1975 op zijn 58ste terugtrekken. Bij zijn
afscheid op 21 mei 1975 werd hij benoemd tot Ridder in de
Orde van Oranje-Nassau. Enkele weken later - op 1 juli 1975
- werd hij vereerd met de Erepenning van de gemeente
Bergen voor zijn grote inzet voor de gemeente, onder meer
als commandant van de vrijwillige brandweer (1947-1969) en
als commissielid van de Zomerfeesten. Als brandweercom
mandant werd hij opgevolgd door Nic Volkers. Jan Blauw
kreeg de toen gangbare zilveren penning van Begeer, maar
heeft deze later ingeruild tegen een (in zijn ogen mooiere)
bronzen penning van de hand van Theo Mulder.
Arnout Colnot (Amsterdam 1887 - Bergen 1983) was de
laatstlevende en de meest uitgesproken schilder van de
groep kunstenaars die tot de Bergense School worden
gerekend. Al op jonge leeftijd maakte Colnot kennis met
de kunstschilders Piet van Wijngaerdt en Dirk Filarski.
Samen fietsten ze veel in de omgeving van Amsterdam om
'en plein air' te schilderen. Zo kwamen ze in 1910 ook in
Bergen terecht waar ze Leo Gestel, Matthieu Wiegman en
zijn broer Piet Wiegman ontmoetten. Met zijn vriend Fi-
larski maakte Colnot vele reizen voordat zij zich in 1913 in
Bergen vestigden in een woning met atelier die zij konden
huren van de industrieel en mecenas August Maschmeijer.
In deze regio maakte Colnot zijn meest karakteristieke
werken zoals bijvoorbeeld van Het Oude Hof in Bergen
en van de Schermermolens. Daarnaast vormen landschap
pen en dorpsgezichten in veelal donkere kleuren het
De Bergense School
Het werk van de kunstenaars van de Bergense School,
een groep die werkte in de jaren 1915-1925, wordt
gekenmerkt door een expressionistische stijl met ku
bistische invloeden en veelal donkere tinten.
Willem Schotten (Bergen 1920 - Alkmaar 1985) werkte
vanaf zijn 19de jaar bij de gemeente Bergen, waarvan tus
sen 1970 tot 1981 als gemeentesecretaris. Zelf noemde hij
dat 'door gebrek aan gewicht boven komen drijven' - in
dubbele betekenis, dun en mager als hij was. In de Petrus
en Pauluskerk was hij zeer actief, onder meer als collectant
en met het halen en brengen van oudere kerkgangers.
Daarnaast heeft hij 25 keer de Stille Omgang van Am
sterdam gelopen. Op 18 september 1979 werd hem ter
gelegenheid van zijn veertigjarig jubileum de Erepenning
uitgereikt door burgemeester J. Ritsema, die Wim Schot
ten met gevoelens van waardering en vriendschap be
dankte voor hun samenwerking. Hij noemde Schotten “een
man zonder vijanden, uniek in de politiek en zeker in Ber
gen”. De gemeente had het heel goed getroffen met deze
gemeentesecretaris, die voor zijn personeel een oprechte
voornaamste deel van zijn oeuvre. Colnot sloot zich na de
oprichting aan bij het KCB.
Op 26 januari 1977 werd hem ter gelegenheid van zijn
90ste verjaardag de Erepenning overhandigd door bur
gemeester J. Ritsema, die Colnot ook mee kon delen dat
de gemeente had besloten zijn doek Winter uit 1916 aan
te kopen uit de begrotingspost voor vrije aankopen. In
de oorkonde staat te lezen dat Colnot als kunstenaar van
grote vermaardheid en als mede grondvester der z.g. ‘Bergense
School’ in aanzienlijke mate heeft bijgedragen tot de faam
dezer gemeente als kunstenaarsdorp. Burgemeester Rit
sema besloot de feestelijke bijeenkomst met de woorden:
“Moge Bergen tot in de lengte van jaren het kunstenaarsdorp
blijven waarvoor u en uw tijdgenoten destijds de basis hebben
gelegd.”