Hoe is uw kloosterleven verlopen f
Hoe zit dat nou met de rijkdom van de Ursulinen?
35
Hoe was de overgang van habijt naar burgerkledingf
"Ik was blij dat het habijt uit ging. Al was het binnen heer
lijk, buiten niet. Daar riep het vragen en in die tijd negatief
commentaar op."
Hebt u nooit spijt gehad van uw keuzei
"Net als ieder ander denk je wel eens hoe het anders had
kunnen zijn. Maar dat is een oprisping." Dan zegt zij heel
beslist: "Absoluut geen ander leven. Alles wat ik heb, alles
wat hier staat, is van ons samen. Mooi toch!"
"Als jonge zuster werkte ik in de grote keuken in het moe
derhuis aan de Loudelsweg. Het waren jaren dat er veel
veranderde door het inmiddels voltooide Vaticaans Conci
lie. De oude zusters hadden daar weieens moeite mee en
dan ontstond er onnodige weerstand tussen de oude en
jonge zusters. De leefstijlen verschilden te veel. Er kwam
geen 'verse praat'. Zo werd in 1968 besloten om het novi
ciaat te verhuizen naar Haarlem. Daar kon ik weer werken
in mijn oude werk in kinderhuizen en voogdijinstellingen
en had ik na mijn werk altijd 'verse praat', oftewel genoeg
gesprekstof.
Al heb ik zelf geen kinderen gehad, tijdens mijn werk als
Ursuline zijn minstens 400 kinderen 'door mijn handen'
gegaan: verstandelijk beperkten, kinderen die in aanraking
kwamen met justitie, moeilijke pubers. Als ik terugkijk, heb
ik het dan goed gedaan? Vast niet, maar ik heb wel mijn
best gedaan en meer kan een mens niet doen.
Toen ik 35 jaar was, werd ik voor dit werk afgekeurd; dat
vond ik vreselijk. 'Het werk is te zwaar voor deze mevrouw',
kreeg ik te horen. Het was terecht, want ik had regelmatig
longontsteking. Ik besloot mijn oude papieren op te diepen
als hoofd huishoudelijke dienst en kreeg een baan om lei
ding te geven aan de huishoudelijke dienst in verpleeghuis
Lauwershof in Oudorp, waar ik vijftien jaar heb gewerkt.
Toen werd ik opnieuw afgekeurd.
Na een korte herstelperiode werd ik gevraagd om in de
bouwcommissie van het nieuwe klooster aan de Lijtweg te
komen. In het oude moederhuis aan de Loudelsweg sliepen
de zusters nog op een slaapzaal in chambrettes (met gordij
nen afgescheiden 'kamertjes'). Toen de internaten teruglie
pen, kregen de zusters echte kamertjes met een bed, een
bureau en een kleerkast."
Bij de inrichting van de nieuwbouw aan de Lijtweg werd het
bestaande meubilair uit het moederhuis hergebruikt voor
het meubilair van de zit-slaapkamers. leder kon kiezen. Het
heeft nog maanden werk gekost om het grote moederhuis
aan de Loudelsweg leeg te halen.
"Rijkdom? Ze begonnen met een stoffer met drie haren,
want ze hadden niks! Het klooster was gebouwd met goed
deels geleend geld. Het geld zat dus in de stenen. Boven
dien lag het decentraal en de zandgrond was niks waard.
Het nieuwe moederhuis van de zusters Ursulinen van Bergen
De zusters leefden zelf uiterst sober en deelden alles met
elkaar.
Op de zanderige grond groeide niks: te heet in de zomer
en te koud in de winter. Als het wat moest opleveren, moest
je eindeloos bemesten. Dat men kon eten van de tuin kwam
door de koeien- en kunstmest."
Schulden werden afbetaald met de inkomsten uit het
schoolgeld, de boerderij en de opleidingen. De rest moest
worden geïnvesteerd in de gebouwen. Voor zusters die
naar de missie gingen, werd AOW ingekocht - een dure
aangelegenheid. Want mensen die in het buitenland werken
bouwen in Nederland geen AOW op.
In 1990 is de grond aan de Loudelsweg verkocht. Van
een deel van de opbrengst is het nieuwe moederhuis
betaald, een ander deel kwam ten goede aan de sociale-
woningbouw in Bergen, maar er werd ook veel aan maat
schappelijke goede doelen gegeven. Inmiddels is ook het
laatste bezit verkocht. Het stuk tuin waar Mirembe stond
is verkocht voor woningbouw, daar komt laagbouw. Op de
plaats waar De Uuthof heeft gestaan, staan nu drie flats
van driehoog en het klooster zelf is verkocht aan Kennemer
Wonen. Daar wonen nu de laatste zusters samen met een
woongroep. De kloostertuin is 'om niet' overgedragen aan
de gemeente, de nieuwe woongroep heeft zich samen met
de gemeente ontfermd over de kruidentuin. De zusters zijn
heel blij dat het gedeelte van de tuin dat was aangelegd als
klooster-kruidentuin behouden blijft. Van het geld dat de
laatste verkoop heeft opgebracht is nu een potje om in de
oude dag te kunnen voorzien. "Wij proberen alles om de
groep zo lang mogelijk bij elkaar te houden."
Hoe ervaart u het uitsterven van deze kloostergemeenschap '1
"Het is jammer dat deze groep verdwijnt, maar religieus
leven verdwijnt niet. Deze tijd heeft andere vormen nodig
maar er komen nieuwe religieuze woongroepen voor in de
plaats. Er is geen blauwdruk voor hoe het verdergaat. We
zien wel. God heeft meer geduld dan mensen."