19
Aanbieding van het boek Hoog en Vrij aan het
echtpaar Van Reenen-Rahusen, 20 juni 1986.
Rechts op de achtergrond burgemeester
Ritsema. Foto Studio Ray Jeanotte.
MUltUlttllHilltltll
- Anthonis Studler van Zurck liet land
goed Het Hof bouwen; dat bracht ook
voor de bevolking welvaart;
- Pieter Cornelisz. Goolen woonde in
Bergen, een jongeman die later de
meubelmaker aan het Franse hof werd;
- Andreas Kok, predikant, schreef in 1774
het eerste boek over de geschiedenis
van Bergen."
Frits David vertelt verder over de belangrijke personen en
bespreekt in vogelvlucht de historische ontwikkelingen in
Bergen. "De heren van Bergen waren liberaal en ingezete
nen werd veel toegestaan. De heer Van Nassau voerde een
goed en sociaal regime betreffende het onderhoud van de
duinen. De bevolking kon onder leiding van een duinmeijer
geld bijverdienen met het planten van helm tegen zandver
stuivingen. Berkenbossen werden geplant om na jaren het
hout te kunnen verkopen.
In de 19de eeuw werd in opdracht van Koning Willem I
het Noord-Hollands Kanaal gegraven met een trekweg
(jaagpad) erlangs. Lokale wegen werden verbeterd, zoals
in 1842 de Hoeverweg en de Bergerweg; men betaalde tol
bij het tolhuis (naast het huidige speelpark De Batavier) om
de weg te kunnen onderhouden.
Jan Jacob van Reenen kocht de Heerlijkheid in 1851
op een veiling en knapte Het Hof op. Zijn voorganger
jonkheer Barnaart had het gebouw zwaar verwaarloosd
achtergelaten. Het wegenstelsel werd verbeterd en dag
jesmensen - overigens een begrip dat al bekend was in
de 17de eeuw - hadden vrije toegang tot de duinen. De
samenwerking van de Van Reenens met de bevolking nam
toe, Bergenaren konden wat bijverdienen.
Bergen was en is een bijzonder en liberaal dorp en dat trok
niet alleen mensen aan maar ook kunstenaars.
In het rijtje van interessante en belangrijke mensen mag
Marie van Reenen-Völter niet ontbreken. Zij heeft veel voor
Bergen betekend en zij verdient een goede biografie.
Al deze elementen maken de historie van Bergen zo boei
end."
Wat doet je besluiten om een boek te schrijven?
"In de meeste gevallen gaat het om een opdracht; soms
is het een idee dat ik al lang heb en waarvoor zich een ge
legenheid aandient. Voor de Stichting Historisch Egmond
heb ik zojuist de Canon van Egmond afgerond. Nu wil ik het
boek over de Berger- en Egmondermeer voltooien, waar
van het 450-jarig bestaan als polders in 2015 is gevierd.
Toen ik in het oosten van het land woonde, kreeg ik op
drachten met betrekking tot de geschiedenis aldaar. Het
ging over uiteenlopende onderwerpen, zoals de geschie
denis van de gezondheidszorg, muziekgeschiedenis, de
handel in de tijd van de Hanze, de Patriotten, waterstaats
geschiedenis, archeologie en molens.
Voor twee Noord-Hollandse musea maakte ik archeolo
gische tentoonstellingen met bijbehorende publicaties:
Onder de hei voor het Goois Museum en De dubbele bodem
voor het Zaans Museum.
Bij de opdracht tot het schrijven van de dorpsgeschiedenis
van Oldemarkt verdiepte ik mij onder anderen in de lokale
economie, zoals de opkomst van de aardappel als volks-
voedsel rond 1770. Hoe een onderwerp je kan beroeren,
bleek toen ik daar voor een aardappelveld stond en de
grootsheid van dat landschap ervoer.
Ik vind het sowieso een leuke bezigheid om een landschap
te interpreteren en kaarten van landschappen te recon
strueren. Dan komen vragen op als: 'waarom loopt het
hier omhoog?' of anderszins. Dergelijke interpretaties en
reconstructies maakte ik ook bij het schrijven van
Nollen, krochten, blinken: duintoponiemen tussen Wijk aan
Zee en Camperduin (uitgegeven in 1995) en bij de inventari
satie van culturele elementen in het Bergerbos.
Soms word ik gevraagd, zoals voor het schrijven van een
artikel voor de Bergense Kroniek of voor het maken van
een canon ter gelegenheid van het twintigjarig bestaan
van de Historische Vereniging Bergen. Voor museum Het
Sterkenhuis werk ik mee aan de diverse tentoonstellingen
en publicaties daarover.
Maar er zijn ook manuscripten die blijven liggen; dat hoort
ook bij mijn vak..."
Hoe kom je aan je materiaal om over te schrijven?
"Tijdens mijn studie geschiedenis aan de Universiteit van
Amsterdam heb ik het ambacht van het 'kritisch speuren'