28
BERGENSE KRONIEK, APRIL 2019
De auteur - zijn timmermanspotlood achter het oor - op het dak aan
het werk.
bleek dat alle profielen en kozijnen waren weggewaaid en
konden we opnieuw beginnen.
Het buitenmetselwerk bestaat uit een verblendsteen. Dit
is een keiharde - in aanzien blonde - gladde gaatjessteen
die door de metselaars met veel zorg verwerkt moesten
worden in kettingverband. Omdat het aan zee bij veel wind
bijna horizontaal kan regenen, is de verbinding tussen steen
en voeg heel belangrijk. Het kwam voor dat de gevel niet
waterdicht was. Toen de metselaars op steigerhoogte waren,
gingen de opperlieden de steiger bouwen. Dit was toen nog
een samenspel van verticale en horizontale houten steiger
palen die met touwen verbonden werden. Een secuur werk,
want het bouwwerk moest zware lasten kunnen dragen. In
de muren werden uitsparingen gehouden om de dwarsbal
ken voor de steiger (de kortelingen) in te kunnen leggen.
Daarover kwamen in de lengte de steigerdelen. Voordat de
metselaars verder konden, plaatsten de timmerlieden de
profielen op de hoeken en stelden de kozijnen waar aange
geven. De opperman bracht de metselstenen en mout met
metselmortel op de schouder de steiger op of dit gebeurde
'over de hand' ('doorgeven'). Er waren twee soorten ladders;
het verschil was de afstand tussen de sporten. De ladder
met de kleinste sportafstand was voor de opperman, om het
verticale transport wat draaglijker te maken.
Links aan de voorgevel had de architect een ronde muur
ontworpen met daarin ellipsvormige kozijnen (een ken
merk van het werk van Roggeveen). Het maken van deze
kozijnen in de werkplaats vereiste veel denkwerk en vak
manschap. Van het plaatsen van de kozijnen in een ronde
muur heb ik wel wakker gelegen.
Hogerop
Toen het metselwerk op het niveau was gekomen van de
onderkant van de verdiepingsvloer, konden de timmerlieden
de bekisting voor de verdiepingsvloer gaan maken. Dit wa
ren raamwerken met verticale stempels, met daaroverheen
het bekistinghout. Inmiddels waren Dirk Dirkson en Cas Min
op het benedenterrein begonnen met knippen en buigen
van het betonijzer. Op de bekistingvloer werd het betonijzer
in elkaar gevlochten en met afstandhouders op de vloer aan
gebracht. Dit was nodig om te zorgen dat het wapenings-
staal voldoende dekking had om betonrot tegen te gaan.
Nadat ook de elektrische leidingen waren aangebracht en
ambtenaren van bouwtoezicht met de opzichter de wa
pening hadden gekeurd, kon begonnen worden met het
betonstorten. Vanaf de betonmolen waarin het beton werd
samengesteld, gingen de opperlieden met de kruiwagen vol
beton via de hellingbaan omhoog. De inhoud van zo'n krui
wagen was dan zestig liter, want het maximum van tachtig
liter was te zwaar.
Nadat de vloeren voldoende waren uitgehard, herhaalden
de werkzaamheden zich: profielen en kozijnen stellen, de
stenen met metselkuipen neerzetten, het verder opmetselen
en bekisten, wapenen en storten van de volgende verdie
pingsvloer, totdat de kapverdieping was bereikt. De foto
bovenaan pag. 25 illustreert een en ander.
Hoogste punt
Op het terrein was de kapuitslag gemaakt en waren de
kapspanten met gordingen en muurplaten samengesteld.
Toen kon het geheel naar boven worden gebracht en ge
monteerd. Het hoogste punt was bereikt: de vlag kon in
top. Een belangrijk hoogtepunt, dat gevierd werd met de
opdrachtgever, de architect, de aannemer en allen die op de
bouwplaats werkzaam waren. Het 'pannenbier' vloeide rijke
lijk en het werd laat en donker. Velen gingen hierna nog naar
het café van Piet Oldenburg in de Kleine Dorpsstraat of naar
Nieuwendijk aan de Dorpsstraat.
Toen ook het metselwerk zowel binnen als buiten op hoogte
was, werd begonnen met het aanbrengen van het dakhout:
de daktengels en de panlatten. De dakpannen werden vanaf
beneden via de steiger met de hand op het dak gelegd. Er
was een opperman - de 'pannenschieter' - die vanaf bene
den met grote precisie de dakpannen naar de man op het
dak gooide, die de pan opving. De dakpannen op de top
(de dakvorsten) werden in de metselmortel aangebracht en
- net als de buitenste rij pannen - vastgeschroefd.
Op de bekisting.