Was het makkelijk werk
Hoe was het contact tussen kinderen en ouders
Het verdriet van de kinderen, was dat echt zo erg?
Overdag genoten de kinderen: het was echt vakantie.
Afgezien van die medische indicatie, waren de kinderen
verder gezond?
En na die zes weken?
22
BERGENSE KRONIEK, APRIL 2019
Een groep in de winter.
Het omgaan met de groepen ging me goed af. Ik werkte
liefst met de jongens. Als ik met meiden werkte, raakte ik
volkomen uitgeput, al die intriges! Met de jongens moest
ik alleen maar mee voetballen.
Als we dienst hadden, aten we aan tafel met de kinderen;
als we vrij waren in de huiskamer van de verzorgsters, vaak
ook rokend, toen nog gebruikelijk. In de zomer konden we
in onze vrije tijd veel zwemmen in zee.
Wat wel lastig was: de gedwongen rustpauze van twee
uur in de middag. Je moet je voorstellen dat er best wat
grotere jongens uit sociaal zwakkere milieus bij waren
die thuis laat opbleven en dan hier een lang middagdutje
moesten doen! Om dan de wacht te houden in de lighal,
daar had ik best een hekel aan. Ik was maar zes jaar ouder
dan de oudste kinderen die ik leiden moest!
Eén ding is zeker: als je de voorstelling Bleekneusjes hebt
gezien, denk je dat commando's met een fluitje werden
gegeven, maar zo werkte dat echt niet!
Bij wat oudere kinderen begon seksualiteit al de kop op
te steken en daar zaten natuurlijk behoorlijke verschillen
in. Een jongen kreeg in het huis bericht dat hij een zusje
had gekregen en vroeg zich af hoe dat nu kon; een ander
raadde hem aan: 'Dat mot je aan je vader vragen!'
Kinderen hadden in de meestal zes weken van hun verblijf
één bezoekdag, verder was er met de ouders alleen brief
contact. Tijdens de watersnoodramp van 1953 kwam er
van een aantal ouders het verzoek om hun kind te mogen
ophalen, maar daar werd geen gevolg aan gegeven. Het
was logisch dat de ouders ongerust waren over de situatie
aan zee, maar er was in Bergen aan Zee geen enkele reden
tot zorg. En: het leek weliswaar een soort vakantie, maar
de medische indicatie bracht wel enige dwang.
Maar 's avonds in bed hadden ze vaak last van heimwee.
Dan trokken ze hun benen op om niet te laten merken dat
ze huilden. Wij leerden op de opleiding om niet mee te
gaan met hun emoties en hun te zeggen dapper te zijn.
Voor alle te verwachten ziekten hadden we op de op
leiding de incubatietijd moeten leren, want er kwamen
natuurlijk kinderziekten voor. Voor zieke kinderen was er
de ziekenboeg, met extra aandacht voor de besmettelijke
ziekten.
Eén keer heb ik voedselvergiftiging gehad. Thuis werd
ik al ziek. Maar ook zestig kinderen waren besmet. Alle
verzorgsters werden toen van verlof teruggeroepen. Dat ik
zelf ziek was telde niet; ik heb de hele nacht gedweild.
Aan het eind van het geplande verblijf was er altijd een
feestelijke afsluiting. Iedere groep voerde dan een stukje
op. Daar werden de kinderen op voorbereid en dat sloot
het verblijf leuk af. Daarnaast was er ook de medische
afsluiting: de kinderen werden gewogen. Kolonie-arts dok
ter Lugten rapporteerde in 1957 over 668 kinderen een
gemiddelde gewichtstoename van 2,1 kilo. En dat in zes
weken! Wie niet genoeg vooruit was gegaan, moest een
extra periode blijven.
Als stagiair had je natuurlijk geen bijzondere positie
Dat klopt, maar bij mij was dat een beetje anders. Door
mijn Schoevers-opleiding werd ik ook ingezet bij admi
nistratieve zaken. In het bijzonder typte ik, op zo'n grote
typmachine uit die tijd, voor de directrice hele stukken,
met name lijsten, werkroosters en menu's. Er was natuurlijk
ook een hele administratie te doen van de groene kaarten
van de GG&GD waarmee de kinderen bij het huis werden
aangemeld.
De middagrust in de lighal die zich nog steeds achter het 'koloniehuis'
bevindt.