14 BERGENSE KRONIEK, NOVEMBER 2018 Concours hippique op de Vinkenkrocht in 1931. V.l.n.r. mevrouw F.C.H. Judell- Reeders, H. Judell, C.F. Zeiler, H. van Reenen, D.A. Klomp en J. Linthorst Homan (Bond van Landelijke Rijverenigingen). De ruiter is niet geïdentificeerd. Collectie auteur. handhaafde zorgvuldig het imago van 'het dorpje klein, daar aan der duinen rand', zoals M.A.D. van Reenen-Völter het in diezelfde Badbode verwoordde in haar Liedje van den Bergenaar. Overigens was dit in de zomermaanden verschijnende weekblad, anders dan zijn naoorlogse opvolger, geen directe VVV-aangelegenheid. Wel werd de band vanaf 1929 sterker, toen journalist Dirk Klomp, tweede secretaris en later vice-voorzitter van de VVV, de eindre dactie op zich nam. Klomp was al in 1912 tot het bestuur toegetreden en ontpopte zich als onvermoeibaar organi sator en propagandist voor de Heerlijkheid in zijn nieuwe, twintigste-eeuwse vorm. Als voorbeeld kan de promotie film gelden, die onder zijn leiding op 10 augustus 1919 in Bergen en Bergen aan Zee werd opgenomen en die de oudste bewegende beelden van beide dorpen bevat. De eerste, praktische taak van de VVV was het verstrekken van informatie. Daartoe werd vanaf 1910 een snel groeien de lijst uitgegeven van hotels, pensions en gemeubileerd verhuur. De boekingen zelf werden door de eigenaren gedaan, maar de 'directeur' van het informatiebureau kon desgevraagd wel bemiddelen. Die functie werd in de eer ste jaren vervuld door manusje-van-alles Piet Brouwer van uit zijn pand in de Raadhuisstraat, maar na de opening van het eigen VVV-kantoor aan de Oude Prinsweg in 1922 sprak men van een 'administrateur'. Daarnaast zette het bestuur zich in voor allerhande evenementen, waarvan er verschil lende een wijd en zijd beroemde traditie werden, zoals het Bloemencorso, de nog bestaande Verlichtingsavond en de fortenbouwwedstrijden op het strand. Er waren ook succes volle eenmalige festiviteiten, waaronder een concours hip- pique op de Vinkenkrocht in 1931 en een Floralia-achtige bloemententoonstelling in het Parnassiapark in 1936. Het Openluchttheater aan de Zwarteweg, aangelegd in 1935, was eveneens een initiatief van de VVV Ook de tweede doelstelling - behoud van het eigenaar dige schoon - werd niet vergeten, al gaf die regelmatig aanleiding tot stevige discussies. We refereerden al aan de actie tot behoud van het Bergerbos, die in 1930 leidde tot stichting van het Gemeentelijk Natuurreservaat. Deze werd breed gedragen, maar dat was niet altijd het geval. Enkele jaren eerder had een venijnig debat plaatsgevonden, waar bij de kunstschilder Arthur Verbeeck fulmineerde tegen de zijns inziens lelijke architectuur van de laatste tijd. Hij bepleitte instelling van een schoonheidscommissie en een kritischer blik van organisaties als de VVV, mede op grond van het behoudsstreven in de statuten. 'De heer Verheeek wensehte het houwen niet tegen te gaan. Voor spr. kwam het er op aan, hoe er gebouwd werd. Z.i. kon een ieder zich wel door een architect laten voorlichten. Spr. wees nog op een paar leelijke huizen in den hertenkamp, die zeker niet gebouwd zouden zijn als men daarvoor een architect had geraad pleegd. Mr. Judell merkte op, dat bedoelde huizen door een architect waren gebouwd. (Gelach). De heer Verbeeck bleef desondanks handhaven, dat ze de schoonheid daar ontsie ren.' Aldus het verslag van de algemene ledenvergadering van 23 februari 1927. Om de zaak te beslechten (er werd al gesproken van 'de kwestie Verbeeck') werd een maand later een extra vergadering gehouden. Daarop besloot een ruime meerderheid van de aanwezigen tot instelling van een plaatselijke schoonheidscommissie, die - naast de al bestaande op provinciaal niveau - de bouwplannen in Bergen zou moeten beoordelen. Onder degenen die daarin weinig fiducie hadden, omdat het interpreteren van ontwerptekeningen nu eenmaal specialistische kennis ver eiste, bevond zich... architect Elders, die 'vreesde, dat men nog verder van huis geraakte.' Een groeiende praktijk Langzamerhand groeide Judells praktijk. De zaken werden omvangrijker en kregen een minder lokaal karakter. Als jurist zou hij zowel door zijn cliënten als door zijn collega's in toenemende mate worden gewaardeerd. Hij was scherp zinnig, humoristisch en sociaal voelend. In 1932 verwierf hij al enige landelijke bekendheid door zijn pamflet 'Bezuinig niet op maar door de rechterlijke macht', als antwoord op de plannen tot inkrimping van het aantal rechtbanken in

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2018 | | pagina 16