21
lang geweest zijn als zij het nuttig gevonden had.
Wanneer de ANWB in 1918 met een voorstel komt voor
twee fietspaden van Bergen naar Bergen aan Zee (zie de
afgebeelde kaart), stuit dat op grote bezwaren bij de familie
Van Reenen. In het ontwerp loopt het ene pad door de
duinen, van de Sparrenlaan naar het Koloniehuis, het andere
loopt van de Eeuwigelaan via De Franschman langs de
Zeeweg naar hotel Nassau-Bergen.
De Van Reenens zijn echter bang dat 'ongewenste elemen
ten' als zigeuners, bedelaars en 'venters van minderwaar
dige artikelen' naar de badplaats komen.
Ook C.F. (Frits) Zeiler, voorzitter van VVV-Bergen en direc
teur van hotel Nassau-Bergen, heeft al meerdere keren op
het belang van een fietspad naar zee gewezen: op de
Zeeweg is sprake van buitengewoon druk fietsverkeer.
Auto's moeten uitwijken, waardoor de bermen te lijden
hebben.
Rijwielpadvereniging Noord-Kennemerland
Op 28 april 1920 wordt op initiatief van de VVV-Bergen en
de VVV-Schoorl en met ondersteuning van de ANWB de
Rijwielpadvereniging Noord-Kennemerland opgericht. Het
doel van de vereniging is om in samenwerking met de
ANWB de aanleg, het onderhoud en de verbetering van
paden en wegen in Noord-Kennemerland te bevorderen of
ter hand te nemen. De deelnemende gemeentes zijn
Bergen, Schoorl, de Egmonden, Castricum, Heiloo en
Alkmaar. In het bestuur zit de burgemeester van Bergen en
grootgrondbezitter Jacob van Reenen. Bergense leden van
de vereniging zijn o.a. Frits Zeiler, Coen Bogtman Azn, Dirk
Klomp en Jan Roggeveen.
Er zijn plannen genoeg: verbetering van de Postweg
(Schoorl), een fietspad aanleggen van Schoorl naar Camper
duin, verbetering van de weg naar Egmond aan Zee en
aanpak van de oostelijke berm van de straatweg van Alk
maar naar Bergen. Het ideaal van Zeiler is een weg door de
duinen van Bergen naar Bergen aan Zee en dan naar
Schoorl, ook door de duinen. De gasten zijn in Bergen en
Schoorl volgens hem zo snel uitgetoerd, steeds moet men
over dezelfde weg. Maar Jacob van Reenen is bang (en veel
particuliere grondbezitters met hem) voor verstoring van de
ongerepte natuur. Hij zegde echter toe een en ander in de
raad van commissarissen van de Bouw Exploitatie Maat
schappij Bergen aan Zee (BEM) te bespreken.
Van al die plannen is twee jaar later nog niets gerealiseerd.
Het provinciebestuur heeft geen belangstelling, de gemeen
te Schoorl werkt niet mee, de plannen bij Egmond zijn
uitgesteld, Heiloo wil niets weten van een pad door het
Heilooërbos en er is nog geen uitzicht op een fietspad naar
Bergen aan Zee. Alleen in de gemeente Bergen is er wat
voor fietsers gedaan: de aanleg van een fietspad langs de
Eeuwigelaan en het geschikt maken van de bermen van de
Bergerweg voor fietsers. Maar dat zijn initiatieven van de ge
meente en niet van de vereniging. Er gaan zelfs stemmen op
de Rijwielpadvereniging maar op te heffen.
OP DE FIETS: EEN RONDJE BERGEN, 1886-1927 DEEL 2
Logo van de Rijwielpad
vereniging Noord-Kenne-
RlJWIELPAD VEREENIGING merland. Bron: Regionaal
„NOORD KENNEMERLAND" Archief Alkmaar
Eindelijk toestemming
In mei 1924, na herhaalde verzoeken van de Rijwielpadver
eniging, schrijft Marie van Reenen (zij is president-commissa
ris van de BEM) aan ir. De Bruijn van de wegencommissie
ANWB: Ik heb mij indertijd met alle macht verzet tegen de
uitvoering van dit plan, ten eerste ter wille van het onderhoud
der duinen dat kostbaarder wordt naar mate het aantal bezoe
kers toeneemt, ten tweede ter wille van het behoud van het
natuurschoon, vooral van de zeldzame duinflora die langzaam
maar zeker verdwijnt dankzij de plukgrage wandelaars en ten
derde ter wille van de onderhoudskosten van dit te maken pad,
en de onzekerheid wie deze zoude moeten dragen. Zij ziet
echter ook wel in dat door het steeds maar toenemende
aantal wielrijders de behoefte aan een fietspad groter wordt
en vervolgt haar brief met: Ofschoon de vroeger geopperde
bezwaren van onze Maatschappij blijven bestaan, heb ik
gemeend, in het belang van het Algemeen mij niet meer te
mogen verzetten tegen uw plan.
In dezelfde brief schrijft zij dat aan de ANWB of aan de
Rijwielpadvereniging vergunning zal worden verleend voor
een fietspad door de duinen, noordelijk van de tramlijn.
Voor eigen rekening zal de BEM een rijwielpad aanleggen
langs de Zeeweg vanaf De Franschman tot aan de Uilenvan-
gersweg. De formuleringen van Marie van Reenen zijn
voorzichtig en dezelfde voorzichtige formuleringen komen
terug in een brief van Jacob van Reenen aan de Rijwielpad
vereniging Noord-Kennemerland.
In november 1924 schrijft hij dat de BEM zich in principe
heeft neergelegd bij een rijwielpad langs de bestaande
Zeeweg met behoud van alle rechten voor zijn Maatschappij.
Ook is de BEM bereid toestemming te verlenen voor een
fietspad ten noorden van de tramlijn. Zijn voorstel voor het
pad volgt min of meer het huidige fietspad, dat begint ter
hoogte van de Buerweg, over de Eeuwigelaan de duinen in
gaat, vervolgens de spoorbaan en de Uilenvangersweg
kruist en uitkomt in Bergen aan Zee. Later, schrijft hij, kan
het rijwielpad doorgetrokken worden langs de Uilenvangers
weg en de Zwarteweg, tot op het punt waar de Breelaan
aansluit op de weg naar Schoorl (bij Duinvermaak).
Het zal nog tot 1926 duren voordat er uiteindelijk toestem
ming komt voor een rijwielpad, maar dan alleen langs de
Zeeweg. Het fietspad door de duinen, zo gewenst door de
Rijwielpadvereniging, de VVV en de ANWB, gaat definitief