12
BERGENAREN EN DE TWEEDE WERELDOORLOG
zijn aan de Filarskiweg. De schuur was voor het geluid
geïsoleerd met strobalen en als roos werd een door Jaap
de Rover getekende kop van Hitler gebruikt.
In Bergen bleef het onderscheid tussen gewapend en
ongewapend verzet lang intact. Er waren maar weinig
mensen die in beide groepen functioneerden. Contact
was er wel. De KP kon op een gewelddadige manier aan
spullen komen die onderduikers hard nodig hadden.
Het oprapen, vervoeren en verstoppen van wapens was
een uiterst riskante onderneming. In de nacht van 10 op
11 oktober 1944 werd een auto vol met opgepikte wa
pens bij Rustenburg aangehouden door een patrouille
Landwachten en Nederlandse SS'ers, vermoedelijk Land-
stormers. Daarbij ontstond een hevig vuurgevecht, met
doden aan beide zijden. Het 'drama Rustenburg' kostte
negen verzetsstrijders het leven, waaronder Jan Walter
uit de Nassaulaan in Bergen. Hij werd geëxecuteerd in
de Schermer bij boerderij Houtlust van Piet de Boer, die
daar hetzelfde lot beschoren was. Diens weduwe Trien
de Boer woonde van 1969 tot haar dood in 2001 in Ber
gen. Jan van Baar heeft dit drama uitgebreid beschreven
in het boek Verzet in West-Friesland.
De BS in Bergen werd steeds professioneler, met de
woning van de familie Dekker op Zakedijkje 31 als een
soort hoofdkwartier. Ook de dappere zusjes Gerssen
werden koerierster en Sietsma stelde voor transporten
zijn vrachtwagentje ter beschikking: een verbouwde Ford
met een houtgasgenerator.
Annejet van der Zijl maakt in haar biografie over prins
Eindelijk was het voorbij. Het afmarcheren was begonnen.
Bernhard nogal wat kritische opmerkingen over de BS
en hun bevelhebber. De aanwas in het laatste halve jaar
van de oorlog noemt zij 'septemberartiesten en novem-
berkometen'. In de volksmond heetten ze ook wel mei
bloempjes.
In zijn brief (zie pagina 10) schat G. Diesfeldt het aantal
mannen en vrouwen die begin 1945 in Bergen bij het
verzet betrokken waren op 120. Die schatting was wel
licht aan de hoge kant.
Naspel
In de periode vlak na de bevrijding stond men in Bergen
soms verbaasd naar de BS-mannen te kijken. Van som
migen kon men zich niet voorstellen dat ze iets met het
verzet te maken hadden gehad. Er zal een groot ver
schil hebben bestaan tussen de verzetsmensen van het
eerste uur en degenen die in de laatste maanden van de
oorlog door de BS zijn geworven of zich vrijwillig heb
ben aangemeld. De vrouwen en mannen van het eerste
uur zullen zich wel eens achter de oren gekrabd hebben
toen ze vlak na de bevrijding al die BS'ers door het dorp
zagen paraderen.
Na de bevrijding werden enkele meisjes die verkering
hadden gehad met Duitse soldaten publiekelijk kaal
geschoren, waarna er met pek een hakenkruis op hun
hoofd werd geschilderd. Een gebeuren waar ooggetui
gen met gemengde gevoelens aan terugdenken; het
was een beschamende vertoning. De door de meisjes
gepleegde collaboratie was toch wel heel onschuldig van
aard vergeleken met andere vormen van collaboratie.
Voor zover bekend zijn de dames die werkzaam waren in
het voor Duitse officieren ingerichte bordeel in de villa
Westdorp de dans ontsprongen.
In mei 1945 werden er 75 Bergenaren opgepakt. De
meesten werden op open vrachtwagens afgevoerd naar
Kamp Schoorl. Het waren hoofdzakelijk NSB'ers. Een
ooggetuige weet zich te herinneren dat een van die wa
gens werd uitgeleid door de 'jeugd', die joelde dat ze
bij de boerderij De Franschman geëxecuteerd zouden
worden. Het was de weduwe van Jan Blok die de arres
tanten toen geruststelde.
In de zomer van 1947 waren de meeste gevangenen
weer thuis. Van degenen die in mei '45 werden opge
pakt, werd de landwachter Harry van Kleef het zwaarst
gestraft. Hij kreeg levenslang voor het doodschieten van
de Alkmaarse Jood Eli Bing, die op het Centraal Station
in Amsterdam zijn noodlot probeerde te ontkomen door
in het IJ te springen. Na vijftien jaar kwam Van Kleef
weer vrij.
Er waren na de oorlog ook verzetsmensen die geen
behoefte hadden om aan de weg te timmeren. Soms
werden ze zelfs gewantrouwd omdat ze zo verstandig
waren geweest om tijdens de bezetting niet op te vallen.
Jolle Sietsma was een voorbeeld van deze misvatting.