Voedingsbodem voor 'drankmisbruik'
In het laatste kwart van de negentiende eeuw kende
Nederland een snelle industrialisatie en verstedelijking.
De trek van het platteland naar de steden leidde tot
sociale ontworteling. In de groeiende steden was de
huisvesting vaak beroerd. De lonen in de industrie wa
ren laag, en de arbeidsomstandigheden veelal slecht.
Dat alles schiep een situatie waarin voor velen drank de
enige troost werd. Men vluchtte voor de deprimerende
werkelijkheid in de roes van de jenever. Het massale
alcoholisme van die dagen tastte ook de volksgezond
heid aan. Politici kwamen tot de slotsom dat er een
einde diende te komen aan sociale misstanden als het
in de kroeg uitbetalen van het loon en het inhuren van
tijdelijke arbeidskrachten. Ook diende er paal en perk
gesteld te worden aan de verkrijgbaarheid van sterke
drank. Zo kwam in 1881 de eerste Drankwet tot stand.
de grond. Al deze gelegenheden moesten één of andere
drankvergunning hebben. De nieuwe groep gebruikers
stuwde de omzet omhoog. Vijftig jaar later, wanneer het
eigen vervoer groeit, overspoelen nieuwe golven dagtoe
risten het dorp. Met - tegenwoordig - een miljoen bezoe
kers per jaar duurt het seizoen een heel jaar, met pieken
in de weekenden en de schoolvakanties. De vele kroegjes,
cafés, restaurants en hotels zijn er dagelijks klaar voor de
stroom drankgebruikers op te vangen. Leve Bacchus dus?
Tegenwoordig is de consumptie van sterke drank misschien
wel verminderd, maar wordt er meer alcohol geconsu
meerd in de vorm van bier en wijn. Toch is men zich meer
bewust van de schadelijke gevolgen van alcohol. Het ver
schijnsel BOB doet opgang, waardoor meer frisdranken en
alcoholvrije bieren worden gedronken.
Maar, met of zonder Bacchus, het is altijd goed toeven in
ons gezellige dorp.
strijding. Hij richtte de KJVO op - de Kennemer Jeugdgroep
Van Onthouders. Met veel sport en spel, film- en dia-avon
den en de bekende vakantiekampen in Doornspijk werd
getracht de jeugd van het drinken van alcohol af te houden.
Tot slot: toerisme
Het drankgebruik in Bergen heeft door de eeuwen heen
een eigen dimensie gehad door zijn ligging bij de duinen.
Het had een kleinschalig karakter, zoals in veel agrarische
gemeenschappen. Pas na 1900 kwam er een ommezwaai
door de promotie van Bergen en Bergen aan Zee als
toeristendorp, door de familie Van Reenen. Pensions en
andere logeergelegenheden schoten als paddenstoelen uit
11
BACCHUS IN BERGEN
Bronnen:
- Geschiedenis van de drankwetgeving. In: Tijdschrift voor de sociale
sector, jan.1987, nr.1.
- Oud archief Bergen 1464-1813, inv.nr's 307, 308 en 312.
- Secretariearchief Bergen 1811-1921, inv.nr's 501, 502, 795, 810-815.
- Secretariearchief Bergen 1922-1979, inv.nr's 889-902.
- Toetanchamon ale; de geschiedenis van het bier. In: BYO (Brew Your
Own (beer)), November 2010.
- Gerda Zeisser. In 't Hengelaartje; een nieuw leven voor een
uithangbord. In: De Gouden Engel, tijdschrift van de Historische
Vereniging Koedijk, nr.31, voorjaar 2015.
In de tijd dat er nog geen tv-spotjes
waren om het drankmisbruik te bestrijden,
verschenen in de krant tekeningen met
daarbij de bekende tekst 'Ach vaderlief, toe
drink niet meer'.
Ach vaderlief, toe drink niet meer
Ik vroeg 't al zo menige keer
Want moesjelief huilt telkens weer
Ach vaderlief, toe drink niet meer
(Zangeres zonder naam)
•i*C