as
Op 22 juni 1954 werd in huize Kievit dochtertje Nellie Gezina
(Nel) geboren. Het huis stond destijds onderaan het talud
van het tramemplacement, de huidige Baan van Ravenhorst
(vernoemd naar 'Opa Mees'). Wanneer de stoomtram (Bello)
bij westen- of noordwestenwind rangeerde en weer klaar
werd gemaakt voor vertrek naar Bergen, was Alberdien extra
oplettend. 'Wasgoed dat aan de lijn hing werd zwart van het
roet, de rook stonk verschrikkelijk en ik moest heel snel de
kinderwagen met mijn dochter aan de andere kant, vóór het
huis zetten, anders was ze ook helemaal zwart gespikkeld!
Wat was ik blij dat die Bello in 1955 eindelijk wegging.'
Bello aan de noordkant van het huis mocht dan een nadeel
zijn, het onbelemmerde uitzicht aan de zuidkant was wer
kelijk heel mooi. Ze hadden een vrij uitzicht naar de duinen;
niet zozeer als gevolg van het slopen van huizen en hotels
door de bezetter, maar veeleer doordat delen van Bergen
aan Zee nog niet bebouwd waren. Aan de zuidzijde van de
Zeeweg stonden alleen hotel Marconi (later Monsmarem),
hotel Casa Blanca (later Victoria) en de woonhuizen 't Sterntje
en Hoog en Droog. De gehele noordzijde van de Zeeweg
was nog onbebouwd, de Alexanderflat was niet gebouwd
evenmin als de panden van Eyssenstein Appartementen.
25
Kinderverzorgsters Antje, Atie, Willy, Alberdien en Aleid (v.l.n.r.)
in de vensterbank van de serre van Jong Nederland, 1948
regelmatig op bezoek en hij vroeg Alberdien een avondje
uit naar de bioscoop. Zo ontlook de liefde tussen beiden en
op 12 september 1950 traden ze in het huwelijk. Alberdien
nam ontslag, zoals in die tijd gebruikelijk was als je trouwde.
Het jonge stel betrok een deel van het dubbele woonhuis
met de naam Kievit aan de Kerkstraat in Bergen aan Zee,
waar 'opa' Mees bij hen inwoonde. Echtgenoot Kees was
metselaar van beroep en zou ruim veertig jaar voor aannemer
Mosk werken. In de wederopbouwtijd was er ook in Bergen
aan Zee heel veel werk in de restauratie en de nieuwbouw
van huizen. Hieraan heeft Kees letterlijk zijn steentje bijgedra
gen. Er bleef gelukkig tijd over om het eigen woonhuis, dat
ze van 'opa' kochten, te renoveren. Een schuur in de achter
tuin werd verbouwd tot zomerwoning. Gedurende de zomer
woonden Alberdien en Kees hier en verhuurden ze het 'grote
huis' aan badgasten. Dat leverde een aantrekkelijke bijver
dienste op, die verder werd aangevuld door de fietsenstal
ling, die Kees en Alberdien in de jaren vijftig begonnen aan
het eind van de toen nog doodlopende C.F. Zeiler Boulevard:
f 0,10 per fiets. Kees bouwde de stalling zelf op, uit gepre
fabriceerde betonnen elementen. Kees zette zijn werk in de
huizenbouw gewoon voort, dus het werk in de stalling kwam
vooral neer op Alberdien. Toen de bromfiets meer en meer
als vervoermiddel in gebruik kwam - Alberdien: 'Daar had ik
al gauw genoeg van' - verkochten ze na zeventien jaar hun
bedrijfje. De loods is nog steeds als fietsenstalling in gebruik.
Huize Kievit
Alberdien met haar dochter voor de fietsenstalling aan het
einde van de C.F. Zeiler Boulevard, augustus 1955. Rechts de
strandkiosk van Sjoers, nu Rembrandt aan Zee.
Het koloniegebouw Jong Nederland na de
restauratie in 1947. Links zijn nog juist de
gymzaal en de monumentale lighal zichtbaar
