S I
QE
<9
4
1
Land huren
Op basis van jeugdherinneringen van de kinderen van
boer Kees kunnen wij beschrijven hoe het leven op de
boerderij eruit zag in de jaren 50 en 60 van de vorige
eeuw. Een boerderij midden in het dorp betekende dat je
een boer was met een erf, maar zonder land. Land moest
gehuurd worden van de gemeente; Van Wonderen huurde
land aan de Nassaulaan, aan de Bergerweg - ter hoogte
van de voormalige melkfabriek - en bij het vliegveld. Dit
laatste werd vooral gebruikt om te hooien. Soms werden
de koeien, met hulp van de kinderen, via de Nesdijk naar
het terrein van het oude vliegveld gedreven om daar te
grazen.
Zomertijd en wintertijd
's Winters stonden de koeien op stal. In de lange stal (de
koegang) stonden veertien koeien en in de korte stal (de
jongveestal) zes. In de stal werd eerst het heinsel, de afge
sneden kanten van een oever, neergelegd als ondergrond
en daarop het stro. In de zomer konden de koeien de
wei in en kwamen de toeristen het dorp in. Zeker voor de
toeristen moest het boerenerf er altijd zo netjes mogelijk
uitzien. Daarom werd er, zodra de koeien weer in de wei
Cj O
l 10 J
-
5
3
Plattegrond van boerderij en erf van de familie
Van Wonderen aan de Karel de Grotelaan
1 woonkamer
2 slaapkamer ouders
3 trap naar slaapruimte kinderen
4 dors
5 hooiberging ('vierkant')
6 keuken
7 korte stal (jongveestal)
8 lange stal (koegang)
9 schuur met washok (boenhok)
10 stenen emmerrek
11 waterpomp (in grasveld)
12 gierkelder, mestvlak en wc
graasden, een week lang geboend en geschrobd. De mu
ren werden gewit en de mest werd 'netjes' opgestapeld
naast het volle mestvlak, de mesthoop op het erf. Dan was
er voor de kinderen weer meer speelruimte in de boerde
rij. Het was toch woekeren met de ruimte: alle kinderen
sliepen boven in één slaapruimte, in stapelbedden die va
der Kees zelf gemaakt had.
Bij evenementen zoals het bloemencorso werd de dors
soms als fietsenstalling te gelde gemaakt. Voor schilders
was de dors ook een uitstekende plaats om hun werk te
exposeren. De ruimte werd ingericht als galerie en toeris
ten konden al van verre enkele schilderijen aan de dors-
deur zien hangen.
Hooien en mesten
Zolang zij thuis woonden moesten de zes zoons meehel
pen met zwaar werk als hooien en mesten, want vele han
den maakten licht werk. Joop, het paard, hielp natuurlijk
ook mee. Een tractor werd pas laat aangeschaft.
Met een beugel werd het hooi bij elkaar gebracht tot
grote hopen en daarna op de hooiwagen gesleept. Het
paard trok de volle wagen naar de Karel de Grotelaan. De
wagen reed de dors in en alle hooi werd in het midden van
de boerderij omhoog getild en opgestapeld in de hooiber-
ging (zie de tekening).
De mest uit de groepen (mestgoten) werd op een kruiwa
gen geschept en naar het mestvlak gereden. Als dat vol
was, werd de rest netjes opgestapeld en nadat het inge
klonken was, werd de mest op een kar geschept en naar
het land gebracht. Daar trokken de jongens de zware mest
met een haak van de kar en streken het met een vork uit
over het land. De kluiten moest je goed fijn slaan ('slech
ten') want anders groeide er geen gras.
In de schuur, later woonhuis, stond de grote ketel voor de
was. Elke maandag deden vader en moeder Van Wonde
ren daar de was voor het hele gezin. Aan de waslijn hingen
de onderbroeken van groot naar klein te drogen in de zon.
Het grasveld diende als bleekveldje.
Tot 1968 is de boerderij aan de Karel de Grotelaan als
boerenbedrijf intact gebleven. Toen hij 60 jaar was, besloot
Kees van Wonderen de boerderij te verkopen of te ver
huren en daarmee kreeg het laatste boerenbedrijf in het
centrum van Bergen een einde. Daarna woonde hij met zijn
vrouw in de kleine woning (voorheen wasschuur) en werd
de boerderij verhuurd. Wat er daarna gebeurde, is te lezen
op pagina 14. Er kwam een restaurant en daarna een disco
theek, waar Bergenaren en toeristen dansten op de plaats
waar ooit boeren boerden, koeien op stal stonden en het
hooi lag opgeslagen.
33
BOERENKINDEREN DOEN HUN VERHAAL