Egmond, door het bos richting de buurt Bergen en door de (lage) duinen naar zee. Over die vaak moeilijk begaanbare zandwegen gingen handwerkslieden met hun kar langs boerderijen en woonbuurtjes op zoek naar werk. Ketellap pers, mandenmakers en timmerlui bijvoorbeeld. Hun werk was het herstellen van gereedschap of huishoudelijk gerei zoals teilen, emmers, ketels, manden, maar ze deden ook wel timmer- of schilderwerk, zoals bijvoorbeeld het plaatsen of schilderen van een nieuw damhek. Dan waren deze men sen 'gast' op de boerderij. Ook zwervers en venters vonden langs deze zandpaden hun weg. Het gebeurde niet zelden dat de afgelegen boerde rijen waar geen honden waakten, op de marktdagen door zwervers met minder goede bedoelingen werden bezocht. Ook mijn moeder heeft zich, toen zij rond 1912 nog als huishoudster op de boerderij werkte, heel angstig gevoeld toen een paar dronken zwervers, naar zij zei gewapend met een mes, rond het huis liepen. Veranderingen Naarmate het grondgebied rond de boerderij steeds kleiner werd (door deling met de kinderen wegens hun huwelijk), kreeg ook de huishouding een andere vorm. Er werden geen boter en kaas meer gemaakt. De melk ging naar een fabriekje in het dorp. Vader bracht de melk dan zelf naar de Mosselenbuurt. Op zaterdagmorgen lag daar dan ook altijd De Duinstreek, in een kistje dat speciaal daarvoor was opgehangen. Door het inkrimpen van het bedrijf en doordat de melk niet meer thuis werd verwerkt, probeerden vader en moeder al les zoveel mogelijk zelf te doen. Eerst nog met hulp van een vaste werknemer en van mijn grootvader, die na het overlij den van zijn vrouw Neeltje nog twintig jaar op de boerderij is blijven wonen. Daarna met hulp van buurjongen Dirk, die bijna dagelijks na schooltijd kwam voor de lichte klusjes en dan vaak gezellig bleef eten. Ook werd steeds meer werk uit handen genomen door mijn broer Piet, die na de lagere school thuis is gebleven als opvolger in het bedrijf en en kele avondcursussen heeft gevolgd. Na de hooitijd kwam vroeger het oogsten van het graan, een zwaar karwei. Gelukkig waren de Drentse maaiers nog aanwezig. Het 'graan aan de schelf rijden' was hun laatste werk voor ze naar huis vertrokken. (Een schelf is een hoop hooi, stro of ongedorst graan; graan aan de schelf rijden betekent: het graan opeenhopen tot graanmijten of het erf, voordat het naar de dorsvloer kon worden gebracht om daar te worden gedorst; red.) Toen vader tijdens de bezettingsjaren verplicht was graan te verbouwen (de zogeheten scheurplicht), was er voor de boeren een dorsmachine beschikbaar. De komst van nieuwe producten op de markt, de komst van een melkfabriekje in het dorp en de komst en aanleg van elektriciteit...wat een vooruitgang, wat een mogelijkheden, ook al werd er van die elektriciteit de eerste jaren maar nauwelijks gebruikge maakt. Ook andere veranderingen werden maar langzaam geac cepteerd en ingevoerd. De jaarfeesten thuis en in het dorp, daar moest het liefst niet te veel aan worden getornd. Ver anderingen in bedrijf en huishouding? Nee, laat het voorlo pig maar zo. Kleding of haardracht, veranderen? Wat werd er gewikt en gewogen. De komst van een nieuwe huisvrouw (boerin) bracht nog wel eens wat verandering, als zij tenminste de moed had om kritiek te doorstaan. Aan het Wiertdijkje zijn nog lang de oude gebruiken ge handhaafd. Maar de tijd van modernisering is uiteindelijk niet aan onze boerderij voorbij gegaan. Tractoren, melkma chines, machines voor de hooibouw en de huishouding, wa terleiding, gas en telefoon zijn alweer jarenlang aanwezig. Maar ik heb kunnen constateren dat de afbraak van mooie oude dingen in en rond de boerderij een halt is toegeroe pen. Er is duidelijk gekozen voor behoud, ondanks minder comfort. De oude boerderij heeft in zijn eenvoud altijd een vriendelijke uitstraling behouden, gelegen in een tot op heden ongeschonden stukje polderland. De bruiloft van Trien en Nic Vaak is er vreugde geweest in deze boerderij. In de koe stal zijn bruiloften gevierd, waarvan mijn huwelijksfeest in 1954 het laatste was. Een belevenis zoiets. maar wat een puzzel voor een aantal van onze bruiloftsgas ten om het Wiertdijkje te vinden! Wat werd de oude stal leuk gevonden, de dars en de hoge berg met hooi. De tuin werd bekeken en besproken, evenals de kip penhokken en de schuurtjes met onderkomens voor het vee. Iedereen genoot van het prachtige weer en dwarrelde in en uit! Zelf was ik door de speciale kleding nogal gebonden aan mijn stoel. Iets wat anders zelden voorkwam. Toen Nic en ik, na alle eerste felicitaties en foto's, veilig op onze 'stoelen' waren beland, had mijn sluier al vele malen aan het hooischot vastgezeten! De boerderij en ik hebben elkaar inderdaad nooit los kun nen laten. 26 HISTORISCHE VERENIGING BERGEN NH, THEMANUMMER 12, SEPTEMBER 2015

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2015 | | pagina 28