22
BERGENSE KRONIEK, APRIL 2015
Het ouderlijk huis aan Parkweg 27. Foto door de auteur
Folgers). Oma Passer ging toen wonen in een nieuwge
bouwd flatje op de Witteweg. Dat flatje was jarenlang de
ontmoetingsplaats voor de jeugd van Bergen aan Zee,
mede omdat Oma Passer als een van de eersten over
een televisie beschikte.
- Krom - schildersbedrijf. Overigens heb ik Krom of zijn
medewerkers nooit ergens in Bergen aan Zee zien schil
deren.
Alle winkels hadden een winkelbel. Immers, vooral
's winters waren de klanten per dag op de vingers van
één hand te tellen. Pas op het geklingel van de bel kwam
men 'van achteren' om de clientèle te helpen. Kwamen
wij 's winters als kleine kinderen bij een van de winkels
om boodschappen, dan werden steevast - nadat de
boodschappentas gevuld was - door de winkelier of
zijn vrouw onze jas extra dichtgesnoerd en onze wanten
aangedaan. Daarna trotseerden we weer welgemoed de
snijdende wind en de koude.
Naast deze reguliere winkels had het dorp ook nog - in
ieder geval in de zomer - twee benzinepompen. Eén bij
de garage van Stroomer - hotel Prins Maurits - en één
op het parkeerterrein. De laatste met een klein ovaal
glazen huisje van waaruit op drukke dagen (onder meer
door Adrie Hoogeboom van de Paulineweg) de kaartjes
voor het parkeerterrein werden verkocht. Garage Stroo
mer verkocht tevens gasflessen die 's zomers door 'ome
Jackie' in een kistje achterop zijn Norton-motor werden
vervoerd en ter plekke werden aangesloten.
De stranding van de Katingo op 22 december 1954. Bron: Regionaal
Archief Alkmaar
een pension, waarvoor elk voorjaar een 'manusje-van-
alles' en een aantal Friese kamermeisjes verschenen.
- Van den Born - de bakker, met 's zomers ook nog een
terras bezijden de winkel. De bakkerswinkel had gebo
gen glazen vitrines waarin de waar was uitgestald. De
bakkerij was onder in de steeg achter de garage van
Stroomer, waar de geur van warm brood nog uren kon
blijven hangen.
- Hopman, later Meijer - melkwinkel annex lunchroom.
Tot 1956 werden de melkwinkel en de melkwijk gedreven
door de familie Hopman. Na het emotionele afscheid
van de 'Hopmannetjes', die naar Amerika emigreerden,
kwam de familie Meijer uit Delft. Door hard werken van
het hele gezin en op de golf van het opkomend toerisme
ontwikkelde de winkel zich tot een waar imperium, ver
spreid over het hele dorp.
- Stekelbos - groenteboer, die naast zijn winkel ook een
wijk exploiteerde. In de winkel stond meestentijds zijn
echtgenote, later geholpen door hun dochter. 'Hij' was
onderweg met de wagen volgeladen met aardappelen,
groenten en wat frisdrank, etc.
- Houtman - kruidenier, die eveneens een eenvoudige
winkel had. Ook hier stond meestentijds de vrouw des
huizes dan wel een van de dochters achter de toonbank
en was vader op pad naar zijn klanten, of in het magazijn.
- Roos - IJssalon de Spoorklok. Wereldberoemd om de
'boerenjongens' en mede daarom geliefde tussenstop
voor de uitjes per fiets, brommer of auto van menige
Noord-Hollandse familie. Bovendien was de ijssalon een
geliefde wachtkamer voor de wachtende passagiers van
Bello. Op zomerse dagen werd in de kelder een fietsen
stalling geëxploiteerd.
- Postkantoor Oma Passer. Dit stond schuin tegenover
Roos, op de hoek van de Kerkstraat. Na haar pensione
ring kwam het postagentschap in de winkel van Folgers
(Oma Passer was namelijk de moeder van mevrouw