m kwekeling aan de openbare lagere school in zijn woonplaats Wormer. Daarna stond hij achtereenvolgens als hulponderwijzer aan de openbare lagere school te Schellinkhout, Wor- merveer en vermoedelijk Haarlem. In januari 1876, op 23-jarige leeftijd werd Pieter benoemd als hulponder wijzer aan de openbare lagere school in Bergen, waar hij de grote steun was voor hoofdonderwijzer Jacobus Francken. Hij trouwde op 29-jarige leeftijd met de 18-jarige Willemijntje Meijer uit Bergen. Zij kregen vier kinderen: Alida, Johannes, Wilhelmina en Willem. Pieter van Hoorn was een begaafd man. Hij kon fantastisch tekenen en schilderen en ook op mu ziekgebied heeft hij in Bergen van zich doen spreken. Hij was voorzanger in de Ruïnekerk en leidde een mannen- en meisjeskoor. Daarnaast gaf hij te kenles, herhalings- en huisonderwijs. Deze activiteiten maakte hij te gelde en zij vormden een goede aanvulling op zijn maandsalaris. Als voorzanger verdiende hij bijvoor beeld dertien gulden per jaar. In 1901 nam Pieter van Hoorn zitting in de 'commissie tot wering schoolverzuim', waar het hoofd der school de heer Francken reeds zitting in had. Op voorstel van meester Francken werd Pieter van Hoorn be noemd tot diaken van de Nederlands Hervormde Kerk. Een van zijn taken was jaarlijks de administratie bij te houden. Jacobus Francken en Pieter van Hoorn maakten ook deel uit van het Kerkelijk Kiescollege. Dit college had als taak het benoemen van ouderlingen en diakenen. In 1903 werd hij als diaken herkozen. Vanaf die tijd was hij bereid de dub belboeken van de lidmaten en de doop- en trouwboeken bij te houden. In 1906 trad hij af als diaken en hij bedankte in de kerkeraadsvergadering van 20 december 1906 als lid van het kringbestuur, maar hij bleef wel zitting houden in het Kerke lijk Kiescollege. In mei 1909 volgde Pieter van Hoorn Jacobus Francken op als hoofd van de openbare lagere school. Tot vlak voor zijn dood in augustus 1918 heeft hij met hart en ziel de school geleid. In de Alkmaarsche Courant van 18 augustus ver scheen het volgende bericht: 'Na een ongesteldheid van een paar weken overleed de heer P. van Hoorn, oud hoofd der openbare school. Velen zullen met deelneming het verscheiden van deze uitstekende pae- dagoog, die werkte tot zijn levensavond, vernemen. Tot half mei was de heer van Hoorn nog als schoolhoofd werkzaam. Hij had zijn ontslag genomen om van een welverdiende rust te genieten, het was hem niet vergund. De Bergenaren waar van geslachten van zijn uitstekend onderwijs profiteerden, zullen aan het sympathieke rustige schoolhoofd met dank baarheid blijven denken. Ook bij hen die van hem geen onderwijs ontvingen maar hem als leider van het kinder zangkoor hebben leeren bewonderen, zal hij in aangename herinnering achterblijven.' Huisonderwijs Gegevens over huisonderwijs vinden we aan het eind van de 19e eeuw. Deze vorm van onderwijs moest aangevraagd worden bij de burgemeester. Er werd toestemming gegeven als het kind door ziekte niet de school kon bezoeken. Zo volgden Immetje en Antje Boon en Irma Maschmeijer huis onderwijs bij huisonderwijzer Dirk Fates te Alkmaar. Pieter van Hoorn en mejuffrouw Honig waren ook werkzaam in deze vorm van onderwijs. Onderwijs elders Bergense kinderen volgden soms ook onderwijs buiten Bergen. Dit hebben we vanaf 1884 kunnen traceren. In 1884 gingen er drie kinderen in Warmenhuizen naar school en vier kinderen in Alkmaar: Rudolf, Maria Wilhelmina en Maurits van Reenen en Cornelis de Jong. Het aantal kinde ren dat elders onderwijs volgde bleef schommelen rond het aantal zeven. Wij vonden gegevens vanaf 1883 over niet-schoolgaande kinderen: in 1883 waren dat er negen, in 1893 acht, in 1897 en 1899 vijf. Er waren echter perioden waarin het school verzuim veel en veel groter was. In de oogsttijd hielpen veel kinderen mee op het land. Op sommige dagen was de veldarbeid zo groot dat 'enkele klassen bijna geheel ontvolkt waren' lezen we in het artikel 'Onderwijs in Bergen ten tijde van juffrouw Van der Oord (Bergense Kroniek, Themanum mer 3 'Bergen rond 1900'). School op 't Woud Bergen had één openbare school en een hulp- of bijschool in de Cosmas- en Damianuskapel op 't Woud aan de Banweg. De gemeenten Bergen, Wimmenum (na 1857) en Egmond- Binnen bekostigden gezamenlijk dit schooltje. De onderwij zer bewoonde het oostelijk deel van de voormalige kapel. De onderwijzers die daar vanaf 1800,- gewerkt hebben zijn achtereenvolgens Muntjewerf (1800), Brinkman (1801) en 22 BERGENSE KRONIEK, NOVEMBER 2014 O Hoflaan 16. Tekening van Pieter van Hoorn uit 1890. Collectie museum Het Sterkenhuis

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2014 | | pagina 24